Alleen Jezus redt. Dat getuigenis geeft Petrus als hij met zijn rug tegen de muur staat. Wat betekent dit?
Gemeente van de Heer
1 Een bijzonder getuigenis.
Geen andere naam dan de naam van Jezus. Daar komt het op neer in Handelingen 4:12. Die schitterende tekst staat op de doopkaart van ….
Geloof jij dit? Dat Jezus de enige is die redt?
Stel je de situatie voor. Een klein groepje mensen ontvangt de Geest. Men begint te getuigen. De gemeente groeit onstuimig (Handelingen 4:4). En er komt forse weerstand. Apostelen worden opgepakt en vastgezet. Ondervraagd. Dan kies je je woorden toch goed. Je zoekt een verstandig antwoord om uit de problemen te raken. Maar Petrus draait de rollen om. Niet híj staat met zijn rug tegen de muur. De geestelijk leiders hebben een probleem. Zij hebben Jezus laten kruisigen maar God heeft hem uit de dood opgewekt. Tot hun stomme verbazing horen de geestelijke leiders hoe het hun bekende lied Psalm 118 zo wordt uitgelegd dat zij aan de verkeerde kant van Gods geschiedenis staan.
Vrijheid.
Petrus staat daar frank en vrij. Zie je dit? Dit is de vrijheid van het geloof. Het geloof in Jezus. In Jezus alleen. Petrus zegt:
Door niemand anders kunnen wij worden gered, want zijn (Jezus’) naam is de enige onder de hemel die de mens redding biedt
(Handelingen 4:12).
Wat een moment. Hoe luister jij naar deze tekst? Deze woorden geven – en hebben dat gedaan en zullen dat blijven doen – aanleiding tot discussie. Je denkt misschien: is dat niet té absoluut? Wie zegt dat alleen Jezus redt? En als dat zo is: hoe zit het dan met mijn islamitische collega? Met mijn niet-gelovige vriend(in)? Mijn broer of zus, mijn vader of moeder die of mijn kind dat niet gelooft? En daarmee ga je bezig. En je verliest het bijzondere van deze woorden uit het oog.
2 Hoe God naam maakt.
Weet je: als je dit soort bedenkingen of vragen krijgt, heb je in ieder geval gehoord hoe scherp het is wat Petrus zegt. Maar bedenk vervolgens ook dat het voor degenen tegen wie Petrus dit zegt nog vele malen scherper moet hebben geklonken. Niet alleen scherper. Dit gaat over de schreef. Want als de geestelijke leiders Petrus Psalm 118 horen uitspreken denken zij aan God. Hun God. De ENE/ENIGE die zij vereren in de tempel en in het gehoorzamen van de Thora. Als zij Petrus horen spreken van ‘de naam’ (Handelingen 4:12) denken zij aan de naam van God. De NAAM. Hashem (Exodus 3:14). Zo heilig dat je die niet uitspreekt. En Petrus heeft het bij al deze meest heilige dingen steeds over Jezus. Over Jezus alleen. Ongehoord wat hier gebeurt. Meer dan schokkend.
De bekende Britse theoloog Tom Wright heeft eens dit gezegd over de allereerste christenen die werden geconfronteerd met hun Heer die de kruisdood overwon:
Jesus’ first followers found themselves not only (as it were) permitted to use God-language for Jesus, but compelled to use Jesus-language for the one God.[i]
(Jezus’ eerste volgelingen merkten niet alleen dat ze Jezus God mochten noemen; ze werden gedwongen om de ene/enige God Jezus te noemen)
In Handelingen 4 zie je dat gebeuren. Vol van de Geest (Handelingen 4:8) – Petrus ‘moest’ wel – getuigt Petrus van Jezus. Van zijn naam en faam. Hij heeft het dan over ‘de naam’ (Hashem) die redt – waarvan Psalm 118 die getuigt als die zegt dat alleen de HEER redt (Psalm 118:14b, Handelingen 4:12).
De kern.
Petrus wist wat hij deed. Hij bevond zich namelijk in precies hetzelfde schuitje als zijn Heer. Toen Jezus een groot wonder deed en de mensen tot geloof kwamen, kwam er kritiek. In wiens naam (op wiens gezag) doet Jezus dit? Precies zo gaat het bij Petrus als hij een wonder doet en mensen tot geloof komen. ‘In wiens naam heb je die daad verricht’ (Handelingen 4:7). En het gaat er echt niet om dat ze dat niet weten (zie Handelingen 4:2). Ze blieven die naam niet (te horen). Bij Jezus wist men het antwoord wel. Jezus deed dit in de naam van de vorst van de demonen (Matteüs 9:34).[ii] En Jezus komt voor de geestelijke leiders te staan en dan gaat het uiteindelijk om zijn identiteit. Precies zoals in Handelingen 4. Jezus belijdt dat hij inderdaad de Messias is.[iii] Zo belijdt Petrus ‘de naam’ Hashem; Jezus. Levensgevaarlijk. Dit gaat over het meest heilige.
Er ontstaat kortsluiting bij de geestelijke leiders. Dat is interessant. Dit gaat over macht. De leiders hebben de boel niet meer onder controle. Ze verliezen hun status omdat het volk tot geloof in Jezus komt. De Geest is bezig mensen tot Gods tempel te maken.[iv] Daar zit je dan met je heilige gebouw. Jezus’ kruisdood is niet het einde maar een nieuw, genezend begin. Totale paniek in de tent. Het is allemaal anders dan gedacht.
Open je ogen.
Wat betekent dit voor jou en mij? Je kunt gelijk gaan discussiëren over of moeite hebben met deze tekst (zie hierboven). Maar luister en kijk eerst eens goed. Deze tekst zegt iets tegen jou. Is er een macht in jouw leven die onder druk komt staan als de naam van Jezus klinkt? Geld of welvaart. Status of macht (ook in de kerk). Iets anders. Of heb je er nog nooit zo naar gekeken, laat je Jezus daar niet toe? Handelingen 4 wil jouw ogen openen. De doop straks laat zien dat Jezus het leven is. Zoek het niet buiten hem. Zoek het in hem alleen.
Unieke Heer.
En dan dat excentrieke. Jezus de enige redder. Alleen hij. Zorgt dat bij jou voor kortsluiting, moeite of bedenking? Ik wil er – na wat erover in de preek eerder aan de orde kwam – een paar dingen over zeggen. Is dat niet te hoog en te absoluut?
Luister nog een keer naar Petrus. Hij spreekt eerst over Jezus die gekruisigd is. De kruisdood – zo hebben we op Goede Vrijdag gehoord – was de meest vernederende dood die er in die tijd was.[v] Dat is niet ‘hoog’ of ‘belangrijk’. Het is het tegenovergestelde: totaal uitgerangeerd en afgeserveerd. Juist zo redt Jezus. Echt zo. Dat hoor je in die ene naam die redt. Hasehm van Psalm 118 heeft naam gemaakt en faam verworven op Golgota en op Pasen. Zie je hoe uniek dat is? Is er iemand die of iets dat daarmee te vergelijken is? Daarvan getuigt Petrus.
En dan zie je bij hem ook groei. Op Pinksteren zegt hij nog dat het voor ‘heel Israël’ is.[vi] Even later zegt hij dat Jezus ‘allereerst’ voor het Joodse volk is opgestaan.[vii] Daar zit al perspectief in (want voor wie nog meer?). En nu – met z’n rug tegen de muur – wordt de ban gebroken. ‘Onder de hemel’. Dat wil zeggen: voor iedereen. Ook Nederlanders. Ook jij. Vanmorgen …. De mensen om jou heen. Je buren.
Vertrouwen.
De kunst is om er niet een sluitend geheel van te maken (hoe het dan met…). Dit is Gods geheim. Vertrouw God in de weg die Hij in Jezus ging en gaat. Volg Jezus en getuig van hem.
===========================
[i] Wright in Paul and the faithfulness of God (Londen, 2013).
[ii] Zie preek Ook de Dood wordt een halt toegeroepen. Preek Matteüs 9.
[iii] Zie preek De aangifte van Jezus van N. Preek Marcus 15.
[iv] Dit aspect blijkt duidelijk uit de rede van Stefanus. Zie preek Hemelvaart Handelingen 7.
[v] Zie Leidsman ten leven. Preek Goede Vrijdag Lucas 23:26-46.
[vi] Zie Pinksterpreek Handelingen 2:36.
[vii] Zie preek Handelingen 3.
Liturgie
Welkom en afkondigingen kerkenraad
Votum en groet Sela
Welkom in Gods huis (Schrijvers voor gerechtigheid)
Leven met Jezus (nieuwtestamentische leefregels)
Heer, leer mij uw weg (opw. 687)
Gebed
Kinderen naar voren
A van Almachtig. Hemelhoog 621
Kinderen naar kring
Handelingen 4:1-12 Terwijl Petrus…
Opw. 773 De enige die redt (luister- een meezinglied)
Verkondiging’
DNP Psalm 118: 6 en 7
Kinderen terug uit kring
Bediening heilige doop aan (geen formulier maar lezen Bijbelgedeelte)
Jezus liefde voor mij (Sela)
Dankgebed en voorbede
Collecte
Opw. 461 Mijn Jezus
Zegen
Amen (gezongen)
Feliciteren doopouders en verdere ontmoeting
==== einde ===