SP en SGP hebben gezamenlijk Kamervragen gesteld aan minister Kamp omdat er zo’n honderd supermarkten open zijn op eerste kerstdag. Dat deze partijen hierin gezamenlijk optrekken, verbaast niet. Dat deden ze eerder in de strijd tegen het veranderen van de Winkeltijdenwet (koopzondag). Politiek gezien hebben deze partijen een punt. Ze wijzen bijvoorbeeld op de Winkeltijdenwet die naast zondag ook over nationale feestdagen spreekt, het nadeel voor kleine supermarktondernemers en op de vraag in hoeverre er onderzoek is gedaan naar draagvlak onder de bevolking.
Sympathiek
Dat de SP zich druk maakt over deze zaak, is sympathiek. Het past bij de maatschappelijke betrokkenheid van deze partij. Zo merkte Sharon Gesthuizen in het radioprogramma Dit is de dag van 19 december jl. op dat er een maatschappelijke tegenbeweging op gang is gekomen die een grens wil stellen aan de 24uurseconomie. Mensen willen ook wel eens rust. Terecht werd de vraag aan de orde gesteld of Gesthuizen als politica de tijd nog zal meemaken dat deze beweging voldoende kracht krijgt om echt een vuist te kunnen maken. Het lijkt mij heel goed mogelijk dat de de beweging van het ‘genoeg’ en die van het ‘steeds meer’ zich naast elkaar zullen ontwikkelen. Maar goed; Gesthuizen laat de stem van de beweging van het genoeg duidelijk horen.
Geloofwaardig
Een andere vraag is of de SGP net zo geloofwaardig kan operen in dit verzet. Je zou zeggen van wel. Want zoals de SP de stem van het ‘genoeg’ verwoordt, zo verwoordt de SGP de stem die zegt dat kerst de dag is om te vieren dat Jezus geboren is – en niet om te shoppen of te werken. Zo twittert Tweede Kamerlid Elbert Dijkgraaf op 19 december: ‘triest dat aantal supermarkten open gaan op Eerste Kerstdag. Als ze doorkrijgen wat Kerst betekent gaan ze accuut dicht’. Die overtuiging kan Dijkgraaf hebben. Toch wringt de schoen als hij het zo stelt. En wel op twee manieren.
Christelijke agressie
In de eerste plaats blijkt de discussie over geopende supermarkten op eerste kerstdag in het verlengde van de discussie over de koopzondagen te liggen. De link tussen beide wordt regelmatig gelegd. De Winkeltijdenwet is nu eenmaal veranderd. Wie als christen protesteert tegen open winkels op kerst wekt de indruk ‘het laatste christelijke bastion’ van ons land te verdedigen. Los van de vreemde indruk die je daarmee wekt in de richting van niet-christenen, is het de vraag welk signaal je hiermee intern, aan christenen zelf, geeft.
Begin december en gisteren ontstond er ophef over de manier waarop christenen omgingen met winkels die op zondag open gaan. Begin december was er een incident in Zeist. Een winkeleigenaar kreeg een brief waarin de hoop op een verliesgevende zaak werd geuit. Gisteren werd in de buurt van Dordrecht een winkel met pamfletten beplakt. Christelijke agressie tijdens advent en kerst; bepaald geen reclame voor de Zaak.
Ontspannen
Tegen dit soort christelijke activiteiten is geprotesteerd door christenen zelf, bijvoorbeeld in een open brief van Marco van der Straten, de hoofdredacteur van het EO-blad Visie. Het overgrote deel van de christenen zal dit gedrag onwenselijk vinden. Toch is er meer te zeggen. Je kunt wel afstand nemen van dit soort activiteiten, maar daarmee blijft het punt staan dat sommige christenen zich blijkbaar in het nauw gedreven voelen. Deze incidenten zijn een uiting van dat gevoel.
Over de oorzaak daarvan is heel wat te zeggen. Je kunt het hier houden op een eenzijdige manier van Bijbellezen die, in dit geval, consequent is toegepast op de zondag. En dieper: de gewenning aan een dominante factor van dat christelijke in onze cultuur. Nu christenen een minderheid zijn geworden en dat zich laat voelen, kan de ene christen de andere niet zonder meer laten vallen als de laatste z’n ongemak hierover verkeerd uit. We hebben zelf het klimaat gecreëerd dat nu zorgt voor christelijke aggressie. De vraag is ook welk signaal in die situatie nodig is. Wanneer je als christen gaat staan voor een dichte winkel op kerst of wanneer dan ook maar bevestig je, mogelijk onbedoeld, juist dat negatieve gevoel. Je vergroot, onnodig – koopzondag/kerst is de geloofsdiscussie niet waard – de spanning.
Jezus bevrijdt
Het tweede en belangrijkste punt is dat Christus’ bevrijding eindeloos groter is. Dát moeten christenen en niet-christenen weten. Dijkgraaf zegt dat wie weet waar het bij kerst om gaat, accuut de winkel dicht doet. Het kerstevangelie draait dat nu juist precies om. Kerst is nu net niet dat mensen God moeten opzoeken en hun boel de boel moeten laten. God zoekt in Jezus de wereld op; de wereld en de gelovigen blijken niet op hem te zitten wachten.
Lucas vertelt dat Jezus van meet af aan in een kansloze positie verkeerde. Geen plek voor hem. Zijn eerste rustplaats was een voederbak. Zo zocht God de wereld op in Jezus. Niet alleen veert een mens/geloofsovertuiging in de marge er meteen van op.
Nog mooier wordt het als de engelen uitgerekend de outcasts bezoeken om voor hen het ‘ere zij God’ te zingen. De herders worden de eerste getuigen van de geboorte van het kerstkind. Wie op kerst naar de kerk gaat is blij de herders wél werkten op die allereerste kerstdag. Laat het kassameisje bij de AH en alle Nederlanders dat goede nieuws horen van christenen, of ze nu werken op zondag/kerst of niet.
Het is aan kerken om dit evangelie zo bevrijdend te verkondigen dat hun leden zich zo opstellen dat daarmee de vrede wordt gediend.
—-
Zie Niet de zondag maar focus op eredienst en Welke God is terug? (resp. Nederlands Dagblad van september 2013 en januari 2014).