Wat is vertrouwen als het financiële stelsel instort? Deze herkenbare vraag komt aan de orde in de column Brahman en de kredietcrisis van Marjoleine de Vos (13-10). Laatst las ik deze tekst: ‘U zult aan veel volken leningen verstrekken, maar zelf hoeft u niet te lenen’, Deuteronomium 15:6. Dit is omgekeerde kredietcrisis! Wie de context leest, ontdekt dat vertrouwen centraal staat. Het (Oudtestamentische) volk Israël werd namelijk gevraagd elk jaar 10% van de opbrengst van de oogst (brutoloon) weg te geven. En ook: diep in de buidel te tasten om armen te helpen. Als klap op de vuurpijl: na zeven jaar moest alle schuld worden kwijtgescholden. Alsjeblieft.
Er ligt een geheim verborgen in deze tekst, een tegendraads (vertrouwens)model: minder is de weg naar meer. Wat zou het mooi zijn als dat model inderdaad zegen gaf! Het blijkt echter dat noch de Israëliet van toen, noch beurshandelaren of westerlingen van nu of wie dan ook maar het met zo’n model aankan of aandurft. Wie verder leest in de geschiedenis van dat volk Israël, ziet dit: God maakt deze tegendraadse beweging zelf. Als Hij zich in Jezus geeft, ‘ontledigt’ Hij zich (Fil.2). Het kruis, bij uitstek het symbool van het christelijk geloof, laat het zien en markeert dan ook crisis: van krediet, vertrouwen en levensinstelling. Uitgerekend die daad geeft daarom vertrouwen. Vertrouwen om, bijvoorbeeld, in deze tijd niet (eerst) te beknibbelen op je giftenpatroon. Of: om je niet (opnieuw) over te geven aan hebzucht. Maar bovenal vertrouwen dat die wonderlijke Deuteronomiummaatschappij werkelijkheid zal worden.
Zie Jezus zoekt echte durfinvesteerders (OnderWeg, september 2015).