Een opvallende weg naar een nieuwe koning. Adventspreek Hosea 3

We leven in Advent, de tijd richting de komst van Jezus. Hosea 3 neemt je mee naar de aanbidding van de nieuwe koning. Een voorbeeldliturgie staat onderaan de preektekst.

Gemeente van de Heer

1 De komst van de Heer.
Vorige week staken we kaarsen aan. Bedoeld voor de mensen die we missen. De heiligen ons voorgegaan (Liedboek).

Vorige week brandden er heel veel kaarsen. Vandaag is een kaars ontstoken. De eerste Adventskaars. We vieren dat de wereld in een ander

licht is komen te staan. Het licht van de wereld. Jezus.

Is Hosea 3 een geschikte tekst in Advent? We zijn na de zomervakantie begonnen met Hosea. Het liegt er niet om wat deze ‘kleine’ profeet doet en zegt. Het begint met een bizarre opdracht (Hosea 1). We hebben gezien: de manier waarop Hosea te werk gaat hoort bij die tijd.[i] De tijd die wij nu oudtestamentisch noemen. De ‘kindertijd’ van Gods volk. Wij leven in Jezus in de ‘volwassentijd’. Een opdracht zoals je die aantreft in Hosea 1 en 3 past niet in onze tijd. Maar het evangelie dat in Hosea klinkt, blijft staan. Dat gaat voor ons alleen maar meer spreken. Het evangelie dat je in toewijding leeft met de Heer, de vrede bewaart en zorgvuldig omgaat met zijn schepping (Hosea 2:16vv).

Zo lezen we Hosea 3. Opnieuw[ii] moet Hosea in een verknipte relatie laten zien dat Gods volk ontrouw is. Hoofdstuk 1 t/m 3 zet de toon voor de rest van Hosea. Dat God tot tweemaal toe de opdracht geeft betekent dat Gods besluit vaststaat. Hij gaat ontrouw aanpakken. Hij gaat de relatie met zijn volk duurzaam herstellen. Op die manier past deze tekst bij Advent. Ik geef toe dat er (oudtestamentische) teksten zijn die meer tot de verbeelding spreken naar Kerst toe. Maar schuif Hosea niet aan de kant. Ik wil naar drie dingen kijken.

2 Liefde.
Hosea 3 doet denken aan hoofdstuk 1. In beide hoofdstukken gaat het om een relatie waarbij je op voorhand weet dat de ander ontrouw is en zal zijn. Toch zijn er meerdere verschillen. Het belangrijkste verschil is dit: expliciet zegt God er nu bij dat er van een kant, zijn kant, wel liefde is (Hosea 3:1). In hoofdstuk 1 wordt dat niet vermeld. Daarin klinkt zoveel oordeel dat het noemen van liefde achterwege blijft. Daar is op dat moment geen ruimte voor. Hoofdstuk 1 is om het zo te zeggen Gods primaire reactie. Zijn kwaadheid. Dat die kwaadheid of dat oordeel gekwetste liefde is blijkt wel. God belooft immers herstel. Hij gaat aan het werk om de boel recht te zetten. God gaat weer op ‘huwelijksreis’ en wil zijn volk zo voor zich winnen (Hosea 2:16-25). En zo volgt hoofdstuk 3. Daarin komt meer ruimte. God maakt duidelijk dat hij in het afbeelden van een relatie vol ontrouw degene is die oprecht liefheeft. Zo legt God zijn kaarten op tafel. Zie je dat dit met Kerst te maken heeft? Denk aan dit Kerstlied:

Weet jij waarom Jezus hier op aarde kwam?
En waarom Hij jouw zonden op zich nam?

Omdat Hij de wereld liefhad die zijn Vader schiep.
Dank zij de Heer!
(GK 85).

Hosea zet de toon voor dit lied. Heb er aandacht voor. Er kan van alles in je leven gebeuren waardoor je het niet meer ziet zitten. Soms kun je zelfs de moed verliezen. Kerst zegt dat God verder gaat. Hij maakt alles nieuw. Uit liefde.

3 Inkeer.
Het tweede dat opvalt in Hosea 3 is ook al niet nieuw maar een verduidelijking van wat eerder ter sprake kwam. De overspelige partner wordt achter slot en grendel gezet (Hosea 3:3) Zo kan die partner er niet, achter de rug om, met een ander vandoor gaan. Dit kwam eerder ter sprake (Hosea 2:8vv). Nu gaat God erbij zeggen wat zijn bedoeling is met dit voorbeeld.

Zoals die partner niet krijgt wat die graag wil, zo zal God zijn volk niet langer geven wat broodnodig is en waarnaar het verlangen van het volk uitgaat:

De Israëlieten zullen geruime tijd verstoken blijven van koning en leiders, van offers en gewijde stenen, van orakels en huisgoden.
(Hosea 3:4).

Zonder koning. Zonder leiders. Stel je voor dat bij ons de Tweede Kamer zou worden afgeschaft. De Eerste Kamer. Het kabinet. Het koningshuis. Dat er geen Minister-president is. Geen burgemeester. Geen wethouders. Geen diakenen, jeugdleiders en ouderlingen in de kerk. Misschien denk je 5 tellen: leuk! Kan ik (eindelijk) doen wat ik wil. Maar dan bedenk je dat het zo niet kan. Een land kan niet zonder leiding. Gods volk wilde zo graag een koning. Iemand met uitstraling zodat ze erbij hoorden (1 Samuël). God pakt het nu af. Alles. God maakt zijn volk stuurloos. Richtingloos. Ook in godsdienstig opzicht. De mensen waren religieus/gelovig. Maar God kijkt er doorheen. Zijn volk zocht Hem niet. Hun godsdienst was bedoeld om er zelf op vooruit te gaan. Al de dingen die ze daarvoor gebruiken pakt God nu van hen af. Handige dingetjes die je het leven aangenamer kunnen maken. Alles waardoor je je zeker en zelfbewust voelt. God pakt het af. Dat kan voor de een (kerkelijke) traditie zijn. Dat het gaat zoals jij gewend bent. Het kan voor de ander status zijn. Je uitstraling. Je zorgvuldig opgebouwde welvaart. Wat ook maar. God zet het stop. Pakt het af. Wat als God dat bij jou zou doen?

Terug.
Deze daad van God roept een vraag op. Heeft God toch niet echt lief (Hosea 3:1)? Jawel. Ook dit is uit liefde. Al voelt het niet fijn aan. Veel erger/ingrijpender zou zijn dat God je je gang laat gaan. Hier grijpt God in. God wil dat je tot inkeer komt (3:5). Je kunt ook zeggen: dat je bij Hem terug komt. Bij Hem. Hij wil je aandacht. God wil jou. Dat jij op jouw beurt leeft zoals God is en doet; in recht en liefde, in barmhartigheid en trouw. Er staat dat de mensen zich, door dit louteringsproces heen, vol ontzag (bevend) aan de HEER en zijn goedheid zullen onderwerpen. Waar het om gaat is dat je beseft wie God is. Niet jouw kameraadje die je een fijn leven bezorgt en vast nog ergens in z’n kontzak een ticket naar de hemel voor je heeft. Hij is de Almachtige; Vader, Zoon en Heilige Geest.

Wat hier staat over het ‘afpakken’ gaat ten diepste over God zelf. En let dan op hoe. Vrijwillig heeft de zoon van God zijn hoge positie afgelegd om een dienaar te worden tot aan de dood aan het kruis (Filippenzen 2). Zo vieren we kerst met Hosea 2. Het slaaf/dienaar-zijn van Jezus komt overeen met de lage prijs die Hosea voor zijn vrouw betaalt. Het zit niet in jezelf. Kom tot inkeer en leer Jezus te volgen in zijn nederige gestalte.

4 Koning.
De meest duidelijke verwijzing naar ‘meer’ zit in het slot van Hosea 3. De profeet belooft een nieuwe koning. Een nieuwe David (Hosea 3:5). Deze gedachte wordt magistraal uitgewerkt door Ezechiël. Die profeet kondigt David II aan, een die rechter is en herder (Ezechiël 34).[iii] En denk aan het bekende hoofdstuk over het dorre beenderendal waarin leven komt. Na de ‘opstanding’ – de terugkeer uit ballingschap – zou er één geweldige koning komen; David (II).[iv]

Zo wil het Nieuwe Testament gelezen worden. Jezus, zoon van David zegt Matteüs in de eerste zin van zijn evangelie.[v] Een koning geboren in een stal. Zijn troon is het vloekhout van Golgota. Hij is de koning die de dood onttroont. Zonde vergeeft. Herstel van vertrouwen geeft.

Leven met deze koning, gemeente, betekent dat jij koning/koningin bent en steeds meer wordt. Baas over je twijfel. Baas over je verkeerde gewoonte. Je laat regeren door de gedachte op welke manier je goed kunt zijn voor een ander. Dit leven ontvangen we vanmorgen bij het avondmaal.

Heb je koning lief en volg hem in alles.

=======================================

[i] Zie preek 1 over Hosea 1:1-2:3.
[ii] Het meest aannemelijk is het om aan te nemen dat het in hoofdstuk 3 niet om Gomer (Hosea 1) gaat en dat Hosea voor de tweede keer een relatie aangaat met iemand die vreemdgaat.
[iii] Zie preek Ezechiël 34.
[iv] Zie preek Ezechiël 37 op Goede Vrijdag en Ezechiël 37 op Pasen.
[v] Zie korte inleiding op prekenserie Matteüs.

Voorbeeldliturgie

Welkom

Votum en groet (gezongen, GK)
DNP Psalm 100 alle verzen, Juich, heel de aarde

Gods verbondswoorden
Opwekking 687, Heer, wijs mij uw weg

Gebed

Kinderen naar voren
God kent jou vanaf het begin, opwekking kids 77
Kinderen naar kring

Hosea 3 De HEER zei tegen mij…
Filippenzen 2:5-11 Laat onder u de gezindheid….

Verkondiging
DNP Psalm 103:3 en 7

Viering heilig avondmaal (formulier 5). Tijdens de gaande viering zingen we:

GK 161: 1 tm 4 Heer, U bent mijn leven (geloofsbelijdenis)
GK 145: 1 tm 4 Heer, onze God, hoe heerlijk (naar Psalm 8)
Toon mijn liefde, opwekking 705

Dankgebed en voorbede

Collecte en kinderen komen terug

LB 435: 1 en 4 Hef op uw hoofden (Advent)

Zegen
Amen (GK, gezongen)

Verdere ontmoeting

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.