De schade van Corona opnemen. En de winst van Corona incasseren. Hoe gaan we als gemeente verder? Preek Filippenzen 2:1-4

Veel Corona-maatregelen zijn afgeschaft. Niet gezegd dat Corona weg is. En toch is het goed om de schade op te nemen. En te kijk naar… winstpunten uit deze ingrijpende periode (want die zijn er ook). Hoe gaan we verder in vertrouwen dat de Heer ons leiden zal? Je kunt de preek ook beluisteren via mijn podcast. Een voorbeeldliturgie staat onderaan de preektekst.

Gemeente van de Heer

1         Welke impact heeft Corona (gehad) op de gemeente?
Met het mooie weer van de afgelopen week kun je het je misschien nog maar nauwelijks voorstellen, maar nog geen maand geleden raasde storm Eunice over ons land heen. Hoe was het bij jullie? Alles heel gebleven of behoorlijke schade? Bij ons hield een dakpan het voor gezien. Die wilde blijkbaar liever in de tuin van de buren liggen. Wat ging het ongelooflijk tekeer. De dagen na de storm is de schade opgemeten. In ons land zijn meerdere doden gevallen. De materiele schade is enorm.

Toen kwam Corona.
Ik begin met die storm en het opmeten van de schade omdat wij in de afgelopen twee jaar ook in een soort storm hebben gezeten. Een die we niet zagen aankomen. Pas vlak voor de tijd dat Corona hier kwam, werd duidelijk dat Corona grote impact zou hebben en schade zou gaan opleveren. Maar wat en hoe; dat kon vooraf niet worden voorzien.

We zijn nu twee jaar verder. Niet gezegd is dat we (helemaal) van Corona af zijn. Wie weet komt er weer op opleving (in een andere variant). Maar veel maatregelen zijn verdwenen. Je kunt gewoon naast elkaar zitten op school. Je kunt naar het café of naar de sportschool. Je hoeft je niet meer aan te melden. Dat is echt wennen. Je kunt zomaar naar de kerk.

Ehm…. Hoe zit het daarmee? Voor Corona was het in de ochtenddienst wel eens zoeken naar de laatste stoel. Dan zat de kerk helemaal vol. Dank God dat de erediensten nu steeds beter bezocht worden. Dat je elkaar ziet, begroet en spreekt. Maar het is echt (nog) niet zoals het twee jaar geleden was. Komt dat weer terug? En dan heb ik het alleen nog over de eredienst. Wat als je breder kijkt? Welke impact heeft Corona op ons (gehad)? Op het gemeenteleven. De beleving van de zondag. Je geloof in God en het lid zijn van de gemeente. Het ontmoeten van en omzien naar elkaar. Het christen- en kerk-zijn voor de mensen om ons heen.

Het gewone is zo belangrijk.
Laat ik een concreet voorbeeld noemen. Hoeveel sacramenten heeft de kerk? Twee – zeggen Protestanten. Zeven – zeggen (Rooms-)Katholieken. Maar er zijn ook gelovigen die zeggen dat het er één meer is. Namelijk koffie drinken na afloop van de eredienst. Dat is natuurlijk geen echt sacrament. Maar om maar aan te geven hoe belangrijk dat is. Want dan spreek je elkaar. Dat hele ‘gewone’; dat is wezenlijk. Elkaar zien. Even vragen hoe het is. Even kijken of … er ook is. En dat hebben we twee jaar niet gehad! Dat is echt ingrijpend. (De kerkenraad vindt het nu nog te vroeg om daarmee te beginnen maar hoopt dat dat bij Pasen weer kan). Het ‘gewone’ was niet meer gewoon. Dat je gewoon naar cat gaat. Gewoon naar kring. Dat de kinderen nu naar voren komen rennen voor het kindermoment. Gemeentevergaderingen. Enzovoort.

Het wordt tijd om te zien welke impact Corona heeft en had. En vooruit te kijken. Wat is nodig om gemeente van de Heer te zijn? Hoe gaan we verder?

2         Blijdschap.
Als we naar de afgelopen twee jaar kijken met de brief aan de Filippenzen in handen, dan starten we goed. De omstandigheden voor de gelovigen van toen waren niet altijd makkelijk. Maar de kern van deze brief is: blijdschap (1:4 e.a.). Dat je blij bent dat je Jezus kent. En in hem elkaar. Dat je weet dat God in Jezus iets heel nieuws is begonnen – waarin je Gods eindeloze trouw ziet.

Filippi is de eerste gemeente van Jezus in ons continent, Europa (vanuit Handelingen gezien). In Filippenzen staat die schitterende geloofsbelijdenis/hymne waarin de kern van het evangelie klinkt (2:5-11). En als het blijkbaar ook nodig is om de gemeente aan te sporen, begint die aansporing met dankbaarheid en blijdschap (2:1-4). De gemeente begint niet bij nul. Er is bemoediging, troost, onderlinge verbondenheid en hartelijk meeleven (2:1). Het nieuwe werk van God is begonnen.

Kijk naar wat God geeft.
Laten we het zo zien, gemeente. Deze Coronatijd en verder. Kijk, als je na een storm de schade opmeet dan is het alleen maar verlies. Hooguit kun je zeggen dat bepaalde dingen meevallen omdat het nog erger had gekund. Maar als wij als gemeente de schade opnemen – en die is er – dan is dat anders. Dan begin je bij wat God geeft en gegeven heeft. Het gaat om het vertrouwen in God. Ook voor wat betreft de afgelopen twee jaar en de toekomst. Wat gaf God veel. Geloof, hoop en liefde hebben ons niet verlaten. De liefde tot God en elkaar is gebleven. Zichtbaar. Tastbaar. Dank God. Ik ga daar nu niet uitgebreid bij stil staan. Dat hebben we de afgelopen jaren regelmatig gedaan.[i]

Groei.
Paulus wijst Gods goede dingen in het leven van de gemeente aan. Hij blijft daar niet bij staan. Paulus zegt: maak het compleet (‘maak mij volmaakt gelukkig’). En dan spreekt hij over het gemeente-zijn. Het interne gemeenteleven, zogezegd. Dat je eensgezind bent. Dat is dat je hetzelfde uitgangspunt hebt. Dat je er hetzelfde instaat. Één in liefde, één in streven en één van geest (2:2). Dat je het belang van de ander voor ogen hebt (2:4). Dit betekent niet dat je een eenheidsworst bent. Alsjeblieft niet. God heeft juist allemaal verschillende kinderen met verschillende gaven, karakters, (on)mogelijkheden enzovoort. Waar het om gaat wordt duidelijk in het vervolg als Paulus die schitterende hymne/belijdenis over Jezus voorhoudt. Jezus is God en werd mens en stierf aan het kruis om ons te bevrijden. Dat is het punt. Deze Heer roept en wenkt. Volg allemaal, wie je ook bent, die Heer.

3         Hoe gaan we als gemeente verder?
Hoe gaan we verder, gemeente? Wat geloof en hoop jij? Wat is van belang? Volgens mij begint het ermee dat we goed luisteren en kijken naar elkaar. En vervolgens luisteren naar de Heer en zijn evangelie. Laat ik wat voorbeelden geven van wat er zoal in de gemeente speelt, wat je hoort en merkt.

Teleurstelling.
Misschien ben je teleurgesteld. Corona kwam. Je ziet elkaar niet meer. En vervolgens valt veel of alle contact in/met de gemeente weg. Sta je er voor je gevoel (een beetje) buiten. Is dit nou de gemeente waar je altijd lid van was? Wat is er dan nodig om die gemeente te zijn waar Paulus over spreekt; één in liefde en streven en het belang van de ander voor ogen hebbend?

Op jezelf.
Een ander heeft het gemeenteleven misschien niet echt gemist. Het is wel best zo. Af en toe vanachter je laptop meekijken. Of misschien het hele geloof op een laag pitje. Je hebt contact met een paar vrienden en vriendinnen, in de gemeenten of daarbuiten. En nu zijn de Corona-beperkingen weg. Wat nu? Ga je terug komen? Wat is er nodig? Hoe geven we invulling aan het evangelie om als gemeente te groeien en er voor elkaar te zijn?

Twijfel aan jezelf of twijfel aan God.
Misschien heb je twijfels of vragen. Sommige gelovigen vragen zich af hoe echt hun geloof was. Voor Corona ging je misschien naar de kerk omdat dat nu eenmaal zo hoorde. Corona maakt alles anders omdat de routine verdween. Dan ga je nadenken. Waar sta ik eigenlijk? Wat betekent mijn geloof in God?

Weer een ander heeft twijfel aan het adres van God. Waarom gebeurt dit? Waarom zoveel ellende? Wat is dit voor een wereld? Heeft God die gemaakt? Leven in isolement. Ziek worden. Een geliefde verliezen en amper afscheid kunnen nemen. Het is zo zinloos, allemaal. De Psalmen roepen God wel eens ter verantwoording bij ingrijpende situaties.[ii] Heb jij dat ook gedaan? Ben je ermee naar God gegaan? Heb je over dit soort dingen kunnen spreken? Of blijven gesprekken in de kerk hangen in oppervlakkige dingen? Wat hebben wij nodig? Kunnen we verder in vertrouwen dat God ons leiden zal (GK 147)?

Verdieping van je geloof.
Misschien heeft deze tijd je geloof verdiept. Kwam je erachter dat je eigenlijk voortdurend in een soort achtbaan leefde. Allerlei verplichtingen. Op je werk. In je gezin. Ook in de kerk. Rennen. Vliegen. Mensenkinderen, wat een rust als er ineens veel dingen uitvallen. Je hebt ineens tijd. Aandacht voor elkaar. Heb je daarin de stem gehoord van Jezus die zegt: kom tot mij, ik geef rust (Matteüs 11:28)?[iii] Wil je dat delen? Wat kunnen anderen van je leren?

Realistisch.
Misschien is je leven, je geloofsleven, realistischer geworden. Je kunt allerlei idealen hebben. Maar de belangrijkste dingen in het leven heb je niet in de hand. De afgelopen twee jaar hebben ons met de neus op die feiten geduwd.[iv] En nu, in een oorlogssituatie, geldt dat des te meer. En dan komt het erop aan trouw te zijn in het gewone. God lief te blijven hebben. De ander lief te hebben, in de gemeente en daarbuiten. Samen op te trekken. En zo de groei te vertonen waarvan Filippenzen 2 spreekt.

4         Volhouden met het oog op Gods beloften.
Gemeente, ik heb een aantal praktijkvoorbeelden genoemd. Er zijn er veel meer. In het bijzonder denk ik aan die gemeenteleden die zo graag naar de erediensten willen komen en (meer) mee willen doen in het kerkelijke leven maar voor wie dit (nu) niet kan. Ik bid en hoop dat jullie hebben gemerkt dat de Heer je niet loslaat en dat je in de gemeente naar elkaar omziet.

Hoe gaan we verder? Hoe nemen we de schade op en hoe tellen we de winstpunten uit?

Volharden.
Als we naar Filippenzen luisteren dan helpt dat, denk ik. De opdrachten om te groeien als gemeente staan in het kader van volharding en de strijd van het geloof. Apostel Paulus zegt:

Hier komt het op aan: blijf leven in overeenstemming met het evangelie van Christus… U voert dezelfde strijd die u mij hebt zien voeren (en die ik nog voer)
(Filippenzen 1:27 en 30).

Zie je? Ik denk dat de afgelopen jaren en de oorlog nu ons herinneren aan de volharding en trouw waar het evangelie van Filippenzen het over heeft. Daar begint het. Kijk, over dat COVID-virus is eindeloos veel gezegd en geschreven.[v] En dan is het belangrijk om je hoofd niet op hol te laten brengen maar goed naar gedegen onderzoeken te kijken. Maar uiteindelijk gaat het om méér. Uiteindelijk staat een mens voor God. Ook in de crisis. Juist in crisis. En komt het erop aan om voor God te blijven staan (Psalm 66:3). Met je vragen. Met dat waar je wel/geen zin (meer) in hebt. Je twijfel. Je teleurstelling. Je geloofsverdieping. De moed niet op te geven. Vertrouwen te blijven houden. Ernaar verlangen om verder te komen, Jezus en zijn stralende dag tegemoet.

Wat heb jij beloofd (doop, belijdenis)?
Wat is nodig om verder te komen voor ons als gemeente? Als je terugkijkt. Als we verder kijken.

Ik wil nog wat noemen. Vergeet Bijbelse voorschriften niet, gemeente. Er staan onversneden oproepen in de Bijbel. ‘Blijf naar de kerk komen’, zegt het evangelie (Hebreeën 10:25).[vi] Gemeente, hoor dit evangelie. Die opdracht ‘blijf naar de kerk komen’ is geschreven in een tijd waarin het voor gelovigen soms (erg) moeilijk was om dat te doen. Het kon je je baan kosten of ander ongemak opleveren. Wat hebben wij dan ongelooflijk veel vrijheid. Het punt in alle tijden en omstandigheden is: laat zien dat het nieuwe werk in Jezus is begonnen. Leef samen Jezus’ dag tegemoet.

Hoe gaan we verder? ik voeg nog iets toe. Kijk ook naar jezelf. We hebben zelf beloften gedaan. Wie belijdenis doet – vorige week nog[vii] – belooft dienstbaar te zijn aan de opbouw van de gemeente en de erediensten trouw te bezoeken. Als er wordt gedoopt – DV volgende week weer twee keer – spreken ouders beloften uit ten aanzien van hun kinderen. En wij staan als gemeente op en beloven we dat we er willen zijn voor de kinderen van de gemeente zodat zij de Heer leren kennen.

Bedenk en overweeg deze dingen in je hart, gemeente. Ik moet denken aan een mooie scene uit The Lord of the Rings. Lange tijd was er vrede op Midden-aarde. Men leefde in harmonie met elkaar. Men had alle ruimte om de eigen dingen te doen. Maar dan komt er oorlog. Men wordt te hulp geroepen. Iedereen wordt samengeroepen. Een in de strijd. Een van de leiders, Eomer, spoort zijn troepen aan. Hij zegt: jullie hebben plechtige beloften afgelegd (eed gezworen); nu is de tijd om ze allemaal waar te maken. Op naar de strijd! Dat is Filippenzen 1 en 2. Geloven is er niet voor als het mooi weer is en alles pais en vree. Al onze tijden zijn in Jezus’ hand.

Hoop door Jezus.
Gemeente, ik zeg er gelijk nog wat bij. Let goed op. Doe de dingen in het geloof niet ‘omdat het nou eenmaal moet/hoort/zal’ (al horen verplichtingen bij het geloof). Ga steeds terug naar Filippenzen 2. Het gaat om de groei van het lichaam van Jezus. Het gaat om de komst van Jezus’ majesteitelijke rijk. Het gaat om die koning waar die hymne/belijdenis van spreekt (2:5-11). Zo is de wereld gered.

Denk aan die foto uit Oekraïne die rondgaat op social media. Je ziet een beeld van de gekruisigde Jezus. Het beeld wordt, uit angst voor verwoesting, uit een kathedraal in Lviv gedragen. Te midden van al die ellende, pijn en vragen zie je ineens de lijdende en strijdende Jezus. Hij brengt vrede. Het is om hem dat we gemeente zijn. Om de wereld eraan te herinneren dat er alleen hoop is in hem.

Gemeente, heb Jezus lief.
En groei samen in het geloof.
Werk er zo aan mee dat God al zijn beloften waarmaakt (Filippenzen 2:12&13).


[i] Zie bijvoorbeeld de oudejaarspreek 2021 over Psalm 90.
[ii] Zie preek Psalm 44 (in serie tijdens Corona over preken van de Korachieten).
[iii] Zie De rust die Jezus geeft. Preek Matteüs 11:28.
[iv] Zie Hopen op God als het nieuwe normaal. Preek Psalm 43.
[v] Zie onderaan mijn brief Wil de levende God opstaan (brief aan begin Corona-tijd) in Nederlands Dagblad.
[vi] Deze tekst is enigszins beladen geworden in de Corona-tijd. Zie mijn brief in NRC Handelsblad, o.a. over het gebruik van deze Bijbeltekst (ik verwijs in deze blogtekst ook naar een preek over die tekst).
[vii] Zie preek Hoop die Jezus geeft in (de) lijdenstijd.

Voorbeeldliturgie (begeleiding: blaasensemble)

Welkom

GK Psalm 121:1 Ik sla mijn ogen op (votum)
Groet
LB 146a: 1 en 7 Laat ons nu vrolijk zingen

Gods geboden
GK 144 Heer, God, wij allen loven U: 1a, 2v, 3m, 4a, 5m, 6v en 7a

Gebed

Filmpje over de kinderkring
Kinderen naar voren
Als je bidt zal Hij je geven (GK 2017 nr. 234, OTH (2015) 475)
Kinderen naar kring

Lezen Filippenzen 1:27-2:13 Hier gaat het om:…
Verkondiging van het evangelie
Opwekking 44 Geprezen zij de Heer die eeuwig leeft

Geloofsbelijdenis Nicea
GK Psalm 66:3 Doe onze God uw loflied horen (Gij toets ons, Gij beproeft ons leven)

Diaconie over hulp aan vluchtelingen uit Oekraïne
Dankgebed en voorbede afgesloten met
LB 886 Abba, Vader (Nederlands en Engels)

Collecte

LB 413: 1 tm 3 Grote God wij loven U

Zegen
Amen (gezongen)

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.