Waar is God in de Corona-crisis? Preek over de provocatie van Psalm 44

Een gevoel van zinloosheid overvalt je: waarom deze crisis, waarom … – vul maar in. Psalm 44 gaat hierover. Het lied is even heftig als teer. Zijdelings raakt de Psalm aan de landinname (Psalm 44:3). Dit een heikel thema. Het gaat over God/geloof en geweld. Ik laat dat thema in deze preek links liggen. Aan deze Psalm als geheel heb ik m’n handen al vol. Bij voetnoot ix kun je terecht als je wel met dit onderwerp aan de slag wilt. Een voorbeeldliturgie staat onderaan de preektekst.

De preek is ook te beluisteren als podcast.

Gemeente van de Heer

1         Houd de Psalmen hoog.
Vorige week luisterden we naar Psalm 43.[i] De Psalm leert ons hoe het ‘oude normaal’ van het vertrouwen in God ons ‘nieuwe normaal’ wordt. Eens zal ik God weer loven, mijn God die mij ziet en redt (Psalm 43:5). Het komt goed.  Want God is trouw.

Van een paar mensen van buiten onze gemeente hoorde ik de klacht dat in hun kerk schitterende liederen als Psalm 42/43 niet meer gezongen worden. Laten we de Psalmen alsjeblieft hooghouden. Ze vormen de basis van onze lofzang op God – en natuurlijk sluit dat alle andere liederen niet uit (Kolossenzen 3:16).[ii]

2         Psalm 44 is een stuk lastiger.
Vandaag Psalm 44. Dat lied is veel minder bekend dan Psalm 42/43. Misschien heb je Psalm 44 nog nooit gelezen of gezongen. Wat ook al niet helpt is de lastige melodie.

Veel is onbekend over de aanleiding/het ontstaan.
Nog een ‘nadeel’ van Psalm 44: over de achtergrond van het lied is veel onzeker. Wil je daar meer over weten, lees dan het stuk hieronder tussen vierkante haken. Lees anders verder bij het volgende kopje.

[Is het lied geschreven vóór, tijdens of na de ballingschap en bij welke gelegenheid? De koning die voorop gaat in de strijd (Psalm 44:10) past bij de tijd voor de (definitieve) ballingschap (2 Koningen 15:26). Vooral is te denken aan tijden waarin vrome koningen zoals Josia of Hizkia heersten; tijden waarin Gods volk toch ook tegenslag heeft ervaren (2 Koningen 18:19-24). Maar ‘onder vreemde volken verstrooid’ (Psalm 44:12) hoort bij de ballingschap (Ezechiël 11).[iii] Ondertussen past de claim dat Gods volk geen andere goden dient (Psalm 44:21) onmogelijk in ballingschapstijd. Ballingschap is immers Gods oordeel vanwege afgoderij (Ezechiël 8).[iv] Maar als het lied na de ballingschap is gemaakt – in de tijd van de Makkabeeën – en ervan getuigt dat Gods volk z’n les heeft geleerd (Psalm 115[v]) is het vreemd dat er geen woord over de tempel klinkt.]

God redt. Altijd.
Misschien maken we het ons te ingewikkeld als we precies willen weten welke achtergrond Psalm 44 heeft. Ik las een indrukwekkende joodse uitleg van de Psalm.[vi] Die uitleg gaat uit van de ballingschapstijd. Maar centraal bij die uitleg staat de belijdenis dat God zijn volk door de eeuwen altijd redt. Je hoeft blijkbaar niet perse aan een bepaald(e) gebeurtenis of tijdstip te denken.

Vanwaar deze ellende, Heer?
Psalm 44 leert je op te kijken naar God. Psalm 44 hoort bij het tweede deel van de Psalmen. Centraal staat de vraag naar het hoe en waarom van ellende, verdriet, vervolging, ziekte en dood.[vii] Gelovigen moeten het leren op te zien naar God die hen ziet en redt (slot Psalm 42/43). In iedere tijd is dat nodig. En iedere gelovige voor zich moet dat leren. Gods volk toen. Wij vandaag in onze crisistijd.

3         Oplopende spanning.
Psalm 44 komt met een onvoorstelbaar heftige (aan)klacht (Psalm 44:24). Maar het begin van het lied is anders. Eerst wordt het vertrouwen in God uitgesproken. Zo doen de Psalmen dat.[viii] Dit vertrouwen klinkt: van generatie op generatie hoort en vertelt Gods volk dat Hij wonderen doet en hen een prachtig land gaf (Psalm 44:1-4). Nadrukkelijk belijdt de Psalm dat geluk en welvaart niet het resultaat zijn van menselijke inspanning; het is Gods liefde (Psalm 44:4).[ix] Met Gods hulp was er altijd overwinning (Psalm 44:6-8).

Tussen de regels door.
Wie goed leest proeft pijn, verbijstering en zelfs diepe frustratie in deze Psalm. Beter gezegd; het klinkt – vooralsnog – tussen de regels door. De langzame opbouw en de (eerst) ingehouden toon maakt deze Psalm tot zo’n indrukwekkend lied.

Dit is het punt: als God altijd hielp, altijd overwinning gaf en zoveel van ons hield (Psalm  44:1-5) waarom is er nu dan tegenslag (Psalm 44:10-17)?

Een heftige vraag. De prachtige belijdenis aan het begin staat niet op zich. Het blijkt een springplank te zijn voor een snoeiharde aanklacht. De belijdenis wordt, zo gezegd, tegen God gebruikt.

‘Ik ben niks waard’.
De pijn is dat God zijn volk behandelt alsof het volk niks waard is (Psalm 44:13). Ze worden afgeslacht (Psalm 44:12 en 23). Ze gaan voor de ogen van iedereen af als een gieter (Psalm 44:16 en 17).[x] Wat gebeurt er? Waarom? Waartoe?

‘Het ligt aan God en niet aan ons’.
De frustratie en de verbijstering van Gods volk is dit: de ellendige situatie ligt niet aan hen (Psalm 44:18-23). Gód doet hen dit aan: Ú, Ú, Ú staat er steeds (Psalm 44:10-15).[xi] Het volk heeft goed geleefd. En bij tegenslag blijft Gods volk Hem trouw. Zelfs stiekeme zonden zijn er niet. God kent immers het hart (Psalm 44:21 en 22). En dan toch ellende en tegenslag. Het is allemaal zo zinloos. Psalm 44 verwoordt hier een gevoel dat je overkomen. Zeker vandaag. Maar ook bij andere momenten van tegenslag.

De onschuld (Psalm 44:18-23) is protestantse gelovigen misschien vreemd. Maar de Psalmen zeggen het zo. Schuldbelijdenis kennen de Psalmen (Psalm 51).[xii] Maar er zijn net zo goed zogenaamde onschuldpsalmen (Psalm 26). Psalm 44 zegt onomwonden dat er geen zonde is onder Gods volk. Dat maakt het zo onbegrijpelijk. Waar slaat dit op? Het is om gek van te worden. Zo wordt de spanning in de Psalm langzaam maar zeker opgebouwd.

4         God provoceren.
En dan komt de aanklacht:

Word wakker, Heer, waarom slaapt u? Ontwaak!
(Psalm 44:24, Nieuwe Bijbelvertaling)

Dit moet je goed lezen. Dit is geen klacht ‘waarom leef ik in ellende?’ zoals in Psalm 42/43. Het is heftiger. Dat merk je aan de vertaling. De Statenvertalers – onze Dordtse vaderen die vaak scherp lezen[xiii] – durven niet te vertalen wat hier staat. Ze zeggen dat Israëls vraag is: ‘Waarom zoudt Gij slapen, Heere!’ Maar wat hier staat gaat veel verder.

 U slaapt (constatering)! Word wakker!

Dit zeggen ze van God. Je weet wel – die God van wie Israël belijdt:

Hij (die) niet zal sluimeren, je wachter…
Hij slaapt niet, de wachter van Israël
(Psalm 121:2 en 3)

Als God, de wachter/waker van Israël, een ding niet kan en mag doen, dan is het slapen.[xiv] Je ziet hoe ver Psalm 44 gaat als je het vergelijkt met een andere gebeurtenis in de Bijbel. Wat Psalm 44 hier van God zegt, zegt de profeet Elia spottend van de afgoden. Je weet wel; als nepprofeten een wedstrijd doen met Elia om erachter te komen wie de enige God is (1 Koningen 18). Als de afgoden – logischerwijs – niet thuis geven, komt Elia erbij staan. Hij begint te spotten (cf. Psalm 115[xv]). Elia zegt: ‘misschien slaapt jullie god wel; roep eens een beetje harder (1 Koningen 18:27)!’ Wat zal Israël gelachen hebben toen Elia dat zei. Elia kwam met stip binnen in de moppen top-tien van Israël. God is God en Hij hoort en ziet (Psalm 42/43) – of Hij is God niet. Een van twee. Een middenweg is niet mogelijk. ‘Je god slaapt, zeker’. Goed gezegd, Elia; zó zet je afgoden te kijk.

Over de schreef.
En nu zegt Psalm 44 dit van God. U slaapt. Word wakker. Er staat nog net geen slaap- of sufkop. Maar zo zal het hebben geklonken. Het is geen klacht. Dit is provocatie. Dit is reactie uitlokken. De Psalm gaat, bewust, over de schreef. Dit moet je durven zeggen tegen een Vorst. Een Oosterse Vorst – in een eer- en schaamtecultuur. Maak je borst maar nat!

Reactie uitlokken.
Provoceren kennen wij allemaal. Wat Psalm 44 doet zie je ook wel eens op het voetbalveld. Treiteren, klieren – in de hoop dat je tegenstanders van de kook raakt en een overtreding begaat. Een van de bekendste, treurigste voorbeelden hiervan betreft de geniale Franse voetballer Zinédine Zidane (‘zizou’). Als je hem googelt zie je gelijk ‘kopstoot Zidane’ staan. Tijdens een WK-finale provoceerde zijn directe tegenstander hem. Zidane werd, terecht, geweldig kwaad. Vervolgens deelde Zidane een kopstoot uit. Hij kon met rood vertrekken. Zo doet Psalm 44. Het lied provoceert God. In de uiterste poging om reactie te krijgen.

Inzicht gevend, gemeente. Wat een onvoorstelbaar lied is dit. Blijkbaar is Gods volk zo geschokt, zo ontredderd dat het naar dit uiterste middel grijpt.
Inzicht gevend ook is dit: dit lied is ons gegeven. Laat God dit over zijn kant gaan?[xvi] Kan dit tegen God gezegd worden? Je houdt je adem in.

Er komt geen correctie! Of, nou ja – de Psalmen zitten sterk in elkaar – er komt reactie in de Psalm die volgt. In Psalm 45 wordt de koning als beeld van God beschreven. Eigenschappen zoals het recht en liefde worden uitbundig bezongen. Alsof Psalm 45 tegen Psalm 44 zegt: vergis je niet in de koning. Kijk nog eens goed. En dan volgt Psalm 46. In dat lied gaat het om ongedachte redding die God aan Jeruzalem geeft. Alsof Psalm 46 tegen Psalm 44 zegt: God ziet en redt wél. En dan schalt de jubel van Psalm 47 je tegemoet.[xvii]

Maar blijkbaar mag de aanklacht, de provocatie eerst klinken. En blijven staan. God, U slaapt. U let niet op. Wakker worden!

5        God is Heer van het hele leven.
Gemeente, wat betekent dit lied? Wat leert het ons? Ik denk dit: dat we in alles ongegeneerd voor God staan. Mogen staan. Moeten staan. Staan. Zoals je een kind soms ‘onredelijk’ kwaad noemt terwijl de kwaadheid voor het kind zelf ‘gewoon’ (pure) kwaadheid is. Zo doet Psalm 44 maar dan welbewust, ‘volwassen’.

De aanklacht/provocatie.
Wij leven vandaag in de crisis. Als je niet uitkijkt houd je alleen maar je adem in. In de hoop dat het overwaait en het ‘nieuwe normaal’ zo snel mogelijk aanbreekt. Of je haalt alles uit de kast om te overleven en/of er beter uit te komen. Of de onderlinge blame game begint. Zo niet de Psalmen. Die adresseren GOD.

Waaraan hebben we dit verdiend, God!? Ik doe toch niks fout!?
Ik ben toch altijd uw trouwe, toegewijde kind geweest!?
We zijn als gemeente toch Jezus aan het volgen in deze seculiere tijd!? Alsof dat al niet ingewikkeld genoeg is! Waarom geeft U ons deze extra last?
We mogen niet eens meer samenkomen in de kerk? Geen avondmaal vieren. Geen belijdenisdienst waar we zo naar uit zagen.
Waar slaat dit op, God! Waarom pakt U mijn werk af? Waarom moet mijn bedrijf dicht?

Psalm 44 gaat ver. Heel ver. U doet dit – terwijl wij niks fout deden. U zet de gemeente op lock-down. En de economie. U tast onze gezondheid aan. Was Psalm 44 vandaag, in de seculiere tijd die het erop houdt dat God niet bestaat, geschreven dan was de klacht ongeveer zo geweest:

laat iets van U merken, God!
Bestaat U inderdaad niet!?
We merken niks van U in crisistijd
(naar Psalm 44:24).

Zie je? Dan moet God wel. Maar durven of kunnen wij het in de westerse kerk zo te zeggen tegen God? We zeggen vandaag vaak: ‘zoek niet naar verklaringen; God is goed – bid met de Psalmen en krijg zo kracht om te leven.’[xviii] Op zich niet verkeerd. Maar toch. De Psalmen klagen tot God. Ze klagen God aan. Ze provoceren God zelfs: ‘Wakker worden, God; opstaan!’

Sterke (verbonds)relatie.
Wie het geduld kan opbrengen naar dit bittere lied te luisteren komt niet bedrogen uit. Juist in de uiting van gekwetstheid en verbolgenheid hoor je een geheim. De Psalm durft het blijkbaar aan dit allemaal tegen God te zeggen. Pal voor Hem te gaan staan. Een storm van verwijten los te laten. Tot aan het verwijt dat je, normaal gesproken, God nooit zou kunnen of durven doen toekomen.

Wat is deze Psalm ontroerend mooi. Hoe sterk moet een relatie zijn wil je zulke verwijten maken zonder bij de ander weg te lopen. Het geheim van het lied is dat het allemaal voor Gods aangezicht wordt uitgesproken. We moeten uitkijken, gemeente, om dit geheim van de Psalmen niet uit het oog te verliezen.

Werk dat God liever niet doet.
Want draai het maar eens om. Als God niks met de crisis van vandaag te maken, als we het Hem niet kunnen ‘aanrekenen’; is dát een fijne gedachte?

Psalm 44 spreekt van Gods rechterhand die redding biedt (Psalm 44:4). In het verlengde van dit Bijbelse spreken hebben gelovigen wel eens gesproken van God rechter- en linkerhand of over Gods ‘eigenlijke’ en ‘vreemde’ werk (Luther).[xix] Dat betekent: God is goed, barmhartig, trouw en recht. Het liefst doet Hij altijd en aan iedereen goed (rechterhand). Maar God is daar niet aan gebonden. Hij kan het kwaad ook toelaten (linkerhand). En daarin zelfs werken.[xx] Het loopt God niet uit de hand (Zondag 10 Catechismus).[xxi] Het is een worsteling om dit alles goed te zien en te zeggen.

In dit delicate onderwerp gaan de Psalmen ons voor. Preciezer; ze leren ons om dat niet als een systeem helder te krijgen maar om het voor Gods aangezicht uit te roepen. En het zo uit te houden. God kan een stootje hebben. Hij valt niet om van onze klacht.

De levende God.
God is niet dat ellendige noodlot. Ver blijft de Psalm bij die karikatuur vandaan. God is immers de ‘levende God’ (Psalm 42:3). En juist omdat God de levende God is, houdt Psalm 44 Hem niet buiten die moeilijke dag. Alsof God sunshine-God zou zijn, de God van het ‘altijd meer’ en de altijd fijne vooruitzichten. God is God. Hij laat zich kennen als Enige, Unieke; Vader, Zoon en Heilige Geest. In Jezus neemt God onze waarom-vraag op de lippen en sterft op Golgota.[xxii]

Op Golgota beantwoordt God de provocatie van Psalm 44:24. Op Golgota zegt God in Jezus: ‘inderdaad, het komt door mij (Psalm 44:10-15). Neem mij als schuldige. Straf mij.’ Hij die onschuldig is (Psalm 44:18-23) wordt beschuldigd, gelasterd en gekruisigd.[xxiii] Hij houdt zijn mond en laat zich afslachten (Psalm 44:12 en 23, Handelingen 8:26-40). Als gekruisigde was Jezus minder dan niks waard (Psalm 44:13). Golgota is een zeer smadelijke dood (Psalm 44:16 en 17).

God ‘slaapt’ niet zoals Psalm 44 zegt. Het is veel ingrijpender. Hij laat zich in Jezus kruisigen! Zo vervult Jezus ook deze Psalm (Lucas 24:44).

‘Ik maak alles nieuw’.
Zie het daarom zo, gemeente: Golgota is Gods provocatie aan ons adres. De God die wij soms echt niet begrijpen en die ons zelfs zwaar kan teleurstellen, heeft ons onvoorstelbaar lief. Op Golgota ontlokt God ons ons diepste antwoord. Hij gaat ons in Jezus voor naar een wereld zonder waarom, zonder dood en zonder zonde. ‘Ik maak alles nieuw’ – is een van de laatste woorden die we in de Bijbel van God horen (Openbaring 21:5).

Psalm 44 leert ons op te zien naar onze gekruisigde koning. Dat waardeloze moment is puur evangelie. Die vernederde mens is de hoogste Heer. Dat afgeslachte lam is de leeuw van Juda. Zo maakt God naam (Psalm 44:27).[xxiv]

Moeite omdat je Jezus volgt.
En ja: wie Jezus volgt zal de weg van Psalm 44 leren kennen. Kennen in Bijbelse betekenis; ervaren, ondervinden. Zoals wij vandaag. Paulus komt op Psalm 44 terug als hij spreekt over het lijden van deze tijd. We hebben daar laatst naar geluisterd in een jeugddienst (Romeinen 8:36).[xxv]

Volg Jezus, gemeente. In alles. Ook in deze crisis. Waarom die ellendige Corona-crisis? Je kunt zoveel zeggen – en doe dat vooral.[xxvi] Maar uiteindelijk zegt de Psalm: het gebeurt om U (Uwentwil Statenvertaling, Psalm 44:23). Zo zegt een christen uiteindelijk: moeite en beproeving komen nu eenmaal mee met het volgen van Christus.[xxvii] ‘Neem je kruis op en volg Mij’ – is Jezus marsorder. Maar dan sta je er niet alleen voor. Je volgt HEM. En we hebben elkaar. En de gelovigen die ons zijn voorgegaan. Neem alle Psalmen op de lippen, gemeente. Ook die Psalmen, zoals Psalm 44, waar je minder snel naar grijpt.

Zo kijken we op. Jezus is de God die ons ziet en redt (Psalm 42/43). Op heel eigen en onverwachte wijze getuigt Psalm 44 daarvan. Omwille van zijn naam (Psalm 44:27b) staat Jezus op uit de dood (Psalm 44:27a). Jezus is Heer over levenden en doden (Romeinen 14:9). Jezus is sterker dan de crisis van Psalm 44. Jezus is sterker Corona. Ook dat ondervinden we. Vooral in het meeleven met elkaar en anderen. In zoveel goeds om ons heen in de maatschappij. God staat niet alleen op zoals Psalm 44 bidt. Hij maakt alles nieuw.

6         Leerdicht.
Ik rond de preek af. Boven Psalm 44 staat een belangrijke aanwijzing. Het lied is een leerdicht, een ‘kunstig lied’. Anders gezegd: je moet leren klagen. Het is een kunst om in moeite te gaan staan ten opzichte van God en niet bij Hem weg te lopen. Woord, gebeden en rituelen leren je dat. We krijgen ze aangereikt. In dit lied en in andere liederen. Maak er gebruik van, gemeente.

Leef met de Psalmen.
Leef met de Heer van de Psalmen.
Volg Jezus.
In alles.
En heb zo elkaar en de ander lief.

—————————————————

Zie Preken in de tijd van Corona-crisis en Bidden met de Psalmen 42/3-49. Een overzicht en Hoe blijf je op God vertrouwen (Romeinen 8).

[i] Zie Hopen op God als het ‘nieuwe normaal’. Preek Psalm 43.
[ii] Zie Guided tour door het Koninkrijk. Inleidende preek over de Psalmen. En zie Toegewijd en trouw leven. Artikel over de Psalmen (OnderWeg, 2017) en KNOWN. Inleiding op Ezechiël (met aan het einde een dwarsverband met de Psalmen).
[iii] Zie Hoe God onder mensen woont. Preek Ezechiël 11.
[iv] Zie Het gunstige vestigingsklimaat van het afgodenbedrijf. Preek Ezechiël 8.
[v] Zie Alle eer aan God. Preek Psalm 115.
[vi] Deze joodse uitleg sluit, op het einde, aan bij de herdenking van afgelopen week van WOII. Het beestachtige (Openbaring 19) Nazirijk wilde de Joden uitroeien. Soms zijn Joden met een lofzang op Gods naam hun dood tegemoet gegaan. Over dit blijvende geloof in God spreekt Psalm 44. Gelukkig zijn er allerlei mensen geweest – in God gelovend of niet – die dit satanische plan van toen hebben doorzien en zich ertegen hebben verzet (de preek van vorige week over Psalm 43 stond daarbij stil). Afschuwelijk is het dat dit Nazirijk in christelijk Europa ontstond. En dat er medewerking aan is verleend door of te weinig verzet is geweest vanuit christenen, kerken of landen die zich christelijk noemden.
[vii] Zie punt 2 van Preek Psalm 43.
[viii] Beginnen met vertrouwen/belijden is de spiritualiteit van de Psalmen. Zie preek Psalm 1, Preek (boete)Psalm 51, preek over dodenklacht Psalm 88 en preek Psalm 90.
[ix] Extra moeilijkheid voor ons is dat deze verzen raken aan een in onze tijd heikel thema; ‘God en geweld’. Het gaat hier immers over het verdrijven van volken die in Kanaän woonden zodat Gods volk daar ‘geplant’ kon worden (Psalm 44:3). Zie Laat het oordeel aan God. Bijdrage aan de interreligieuze dialoog over God en geweld (2015). Dat Gods volk als Góds plant/wijngaard is bedoeld, blijkt als de Eigenaar hen ook uit dat land kan weghalen en/of andere leiders voor zijn volk kan aanstellen. Zie Bloei op in Gods koninkrijk (preek Ezechiël 15) en Niemand is zo gek als God (Preek gelijkenis Jezus over de wijngaard).
[x] In Ezechiël (en andere profeten) komt dit element terug. Dat volken lachen om Gods (terechte!) straf ten aanzien van zijn volk wil nog niet zeggen dat de volken straffeloos lachen kunnen; Gods volk is en blijft GODS volk. Zie Jezus, Heer van de volken. Preek (uit delen van) Ezechiël 25-32.
[xi] Zo ziet en zegt Gods volk dat. Zie ook preek Psalm 88 Mijn enige vriend is de duisternis en Hoe God trouw is in vloek en zegen. Preek Ezechiël 20:25 en 26.
[xii] Zie God is de goede rechter. Preek Psalm 51.
[xiii] Zie bijvoorbeeld in een preek over Ezechiël 11.
[xiv] Het is essentieel dat een wachter/waker niet slaapt. Zie Ezechiël als wachter aangesteld. Preek Ezechiël 3.
[xv] Zie Alle eer aan God. Preek Psalm 115.
[xvi] Een keer trekt God een grens bij een klacht. Zie voetnoot iv bij de preek Mijn God, waarom? Preek Over God en lijden.
[xvii] Zie Wereldwijd bant God oorlogen uit. Preek Psalm 46. Deze opeenvolging zie je vaker in de Psalm. Psalm 88 is bijvoorbeeld in verband met Psalm 90 en 91 te zien. De zwaarste klacht (Psalm 88) hoort bij het grootste vertrouwen (Psalm 91) en daartussen ‘staat Mozes op’ (Psalm 91). Zie preek Psalm 88.
[xviii] Zie Wil de levende God opstaan? Brief over God en Corona op Stille Zaterdag (Nederlands Dagblad).
[xix] Zie ook een inleidende preek over Ezechiël. In dat boek komt nogal wat van God ‘vreemde’ werk aan bod. Zie vooral KNOWN. Een inleiding op preken over Ezechiël.
[xx] Zie Hoe God trouw is in vloek en zegen. Preek Ezechiël 20:25 en 26.
[xxi] Zie Het loopt God niet uit de hand. Preek Zondag 10 Catechismus. Zie een lezing over Gods voorzienigheid door dr. A van der Dussen (NGK. Het is de derde link op de genoemde site).
[xxii] Zie God en lijden. Preek 1 en God en lijden. Preek 2.
[xxiii] Zie The innocence of Jesus (blogpost 2012).
[xxiv] Dit motief (om uw naam) is het belangrijkste motief in de Bijbel. Zie KNOWN. Inleiding preken over Ezechiël.
[xxv] Zie Hoe hou je vol om in God te geloven? Jeugddienst Romeinen 8.
[xxvi] Zie de voetnoten en/in de brief Wil de levende God opstaan? Over God en Corona.
[xxvii] Zie Hoe de wereld op haar einde loopt. Preek Ezechiël 24.

Voorbeeldliturgie

Welkom

Votum
Groet
GK 133: 1 tm 3 De dag gaat open voor het Woord des Heren

Tien verbondswoorden
Heer, wijs mij uw weg https://www.sela.nl/liederen/6/heer-wijs-mij-uw-weg.html

Gebed

Kindermoment
Diep als de zee opw. kids 68

Lezen Psalm 44
Zingen Psalm 44: 1, 3 en 6 DNP. https://www.denieuwepsalmberijming.nl/berijmingen/psalm-44 (Psalm 44 heeft een lastige melodie. Andere melodieën zijn er wel maar dan zingt het te makkelijk weg. Dat hoort niet bij dit lied. Bij de link hierboven naar DNP vind je een geluidsfragment om de melodie te oefenen.

Verkondiging van het evangelie.
Een toekomst vol van hoop https://www.sela.nl/liederen/190/een-toekomst-vol-van-hoop.html

Dankgebed en voorbede

Collecte

Geloofsbelijdenis (nieuwtestamentische tekst)
LB 766: 1 tm 3 Ik zag een nieuwe hemel zich verheffen (God maakt alles nieuw)
Zegen

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.