Galaten 2 gaat vertelt van ontmoetingen met scherpe gesprekken en een forse confrontatie. Verwacht je dat in de Bijbel, in de vroeg-christelijke gemeente? Wie goed luistert, ontdekt hoe relevant dit stukje is voor Jezus’ kerk van alle tijden. NB: in de preek ga ik ervanuit dat Galaten 2:1-10 het zogenaamde apostelconvent uit Handelingen 15 beschrijft. Zie voetnoot i voor een toelichting.
Je kunt de preek beluisteren via mijn podcast. Een voorbeeldliturgie staat onderaan.
Gemeente van de Heer
1 De Bijbel: niet altijd (ge)makkelijk maar wel echt.
Als je een groep mensen oppervlakkig kent, kun je zomaar een verkeerd beeld van hen hebben. Je denkt bijvoorbeeld dat supporters van een bepaalde voetbalclub allemaal hetzelfde zijn. Ze moedigen toch allemaal dezelfde club aan? Als je wat langer meedraait, weet je wel beter. Er kan onderling heel wat onenigheid over van alles en nog wat zijn.
Hoe zit dat met de gemeente van Jezus? Is daar ieder hetzelfde? Is het daar altijd alles koek-en-ei? Als het goed is, heerst in Jezus’ gemeente zijn vrede. ‘Vrede voor jullie’ zegt de Opgestane immers tegen zijn volgelingen (Johannes 20:19). Maar soms is er heel wat nodig om tot die vrede te komen.
Galaten 2: veel spanning.
Galaten 2 vertelt dat. Het gaat er daar heftig aan toe. Paulus beschrijft in vers 1-10 een bijeenkomst van de apostelen, het zogenaamde apostelconvent (Handelingen 15).[i] Een ontmoeting met een hevige woordenstrijd (Handelingen 15:7). Paulus en Barnabas nemen de Griek Titus mee (Galaten 2:1). Titus had niet – zoals Joodse gelovigen – het teken van Gods verbond (Genesis 17); hij was niet besneden. Titus werd zo een testcase. Het wordt persoonlijk. Wanneer hoor je erbij? Moet je eerst aan bepaalde voorwaarden voldoen? En geldt dat vandaag ook in de kerk? Moet Titus besneden worden om erbij te horen? Of volstaat zijn geloof in Jezus (2:3, 3:9)? Paulus spreekt van valse broeders die de boel lopen te bespioneren (2:4). En als klap op de vuurpijl komt het daarna in Antiochië tot een publieke confrontatie tussen Paulus en Petrus (2:14) – nota bene de belangrijkste apostelen van Jezus. Paulus verwijt Petrus en Barnabas huichelachtig gedrag, hypocrisie.
Alsjeblieft. Wat is dit!? Wat is het goede nieuwe van dit stukje uit de Bijbel?
Levensecht.
Voordat we goed gaan luisteren naar wat Paulus hier zegt, eerst dit. Juist dit soort verhalen laat zien dat het evangelie niet een achteraf gepimpt, gladgestreken verhaal is maar (levens)echt. Denk nog even terug aan vorige week; Jezus’ opstanding. Je verwacht dan – als de Bijbel een boek zou zijn vol voorbeeldige gelovigen – dat iedereen staat te juichen. Maar zo is het niet. Er staat dat Jezus’ discipelen twijfelen (Matteüs). De eerste Paasberichten niet geloven (Marcus).[ii] Jezus’ opstanding paste niet in hun geloofswereld en cultuur.[iii] Ik denk dat als jij en ik toen hadden geleefd, dat we het in eerste instantie ook niet konden geloven of bevatten (dat is vandaag ook niet vanzelfsprekend). Zie je? De evangeliën maken het niet anders of mooier dan het is. Dat is niet altijd (ge)makkelijk. Het duidt wel op echtheid. Jezus zorgt ervoor dat zij hun ongeloof en twijfel te boven komen. Daar gaat het om.
Ingewikkelde vragen
Zo is het ook bij Galaten 2. Probeer te begrijpen hoe spannend het voor de gelovigen van toen was. De discussie in Jezus’ gemeente toen is misschien nog wel spannender dan bepaalde onderwerpen spannend voor ons zijn (zondag, erediensten, homoseksualiteit e.a.). Ga maar na. Eeuwenlang had God gezegd dat de besnijdenis (en voedselwetten e.a.) zijn volk afzonderde van niet-gelovigen, heidenen. God is heilig en zijn volk moet heilig zijn. En dan komen Golgota en Pasen. Gaf God zijn Geest zomaar aan heidenen (Handelingen 10)? Hoe is dat te begrijpen? God is toch dezelfde? Hoe zit het met al Gods wetten en voorschriften? Heel ingewikkelde vragen komen er op die eerste gemeente en hun leiders af. En het is mogelijk dat Jezus’ gemeente in Jeruzalem ondertussen, door de komst van tot Jezus bekeerde Farizeeën en door druk van buitenaf in toenemend nationalisme, conservatiever werd (Galaten 2:12, cf. Handelingen 21:15vv). En er kwamen geen pasklare antwoord-briefjes uit de hemel. De apostelen en de gemeente zelf werden door de Geest Gods brief (2 Korintiërs 3:2, Handelingen 15:28). Wat is goed en wijs? Ga er maar aanstaan.
De intensieve, heftige ontmoetingen waar Handelingen 15 en Galaten 2 van spreken, passen bij de situatie van toen. Ze zijn een reactie op een nieuwe fase die God in Jezus en door de Geest begint. Het is flink aanpoten voor de gelovigen om het goddelijke tempo bij te houden. Scherp te blijven. Te zien waar het op aan komt. En het wordt duidelijk dat de Geest Jezus’ gemeente hierbij ook helpt. Dat geeft vertrouwen.
Zingen we ‘Ik ben de Weg, zo zegt de Heer’ GK 62:1 en 2
2 Voortgang van de vrijheid in Jezus.
Er gebeurt veel in Galaten 2:1-14. Ik haal er drie dingen uit.
I Eenheid van geloof.
Allereerst de eenheid in geloof. Paulus schrijft zijn brief aan de Galaten omdat er predikers zijn die hem achterna reizen. Zij zeggen dat Paulus’ evangelieverkondiging niet klopt, dat hij de apostelen verkeerd heeft begrepen.[iv] Steeds benadrukt Paulus daarom dat hij het evangelie niet van mensen (apostelen) heeft maar door goddelijke openbaring (1:1, 1:16&17, 2:2).
Zo begint Galaten 2 ook. Pas na een lange tijd keert Paulus weer terug naar Jeruzalem (2:1). Je hoort daarin dat Paulus niet afhankelijk is van (belangrijke) apostelen en hun positie (cf. 2:6). Hij is apostel van God en Jezus Christus (1:1).
Eensgezind.
Als het gaat om de inhoud van het evangelie onderstreept Paulus dat de belangrijkste apostelen en hij het met elkaar eens zijn (2:3 & 2:7-9). Dat blijkt concreet hieruit dat Titus niet besneden hoeft te worden om kind van God te zijn, erbij te horen.[v] Dat is een belangrijk punt voor de kerken in Galatië. Want de predikers die Paulus achterna komen dringen aan op die besnijdenis en claimen, mogelijk, dat de apostelen of ‘Jeruzalem’ (4:26) er ook zo over denken. Maar zo is het niet. Sterker nog: wat Paulus doet als hij het evangelie de wereld inbrengt, is hem toevertrouwd (2:7&8). God geeft zowel Petrus en Paulus kracht om, in verschillende situaties, het evangelie te verkondigen.
Laten de kerken in Galatië zich dat realiseren. Hun vrijheid in Jezus (2:4&5, 5:1) staat op het spel als ze luisteren naar die predikers die Paulus corrigeren. De boodschap van die predikers klinkt aanlokkelijk. Maar het is naar de mens (1:10). En op Golgota en Pasen heeft God nou juist iets gedaan dat geen mens voor mogelijk hield; daarover moet het gaan (3:13, 5:11).[vi]
Dit stukje is een reminder voor ons allemaal. Zet Jezus centraal. En het is een bemoediging. Wat een feest als je waar ook maar ter wereld naar de kerk gaat en ontdekt dat Jezus – het evangelie van zijn liefde – centraal staat.
II Vrijheid in Jezus.
Het tweede gaat over de waarheid en de vrijheid van het evangelie – en de goede voortgang daarvan.
Paulus zegt dat Petrus, Jakobus en Johannes (enerzijds) Paulus en Barnabas (anderzijds) elkaar de broederhand reiken (2:9). Ze zijn een fellowship (LotR). Ze hebben allen voor ogen om dat ene evangelie te verkondigen en te verspreiden – ieder op de manier zoals God het wil. Paulus vermeldt in Galaten 2 niet wat Lucas wel vertelt in Handelingen 15; dat er hevige woordenstrijd aan vooraf is gegaan. Paulus heeft het wel over de ‘schijnbroeders’ die als ‘spionnen’ de ‘vrijheid in Christus’ bekijken en ‘slaven van ons willen maken’ (2:4). Daar proef je spanning. Maar Paulus wil aan deze gelovigen niet nog meer aandacht schenken. Het gaat erom dat ze elkaar als verkondigers hebben gevonden. Het gaat om de waarheid en de vrijheid van het evangelie (2:4&5).
Als Paulus zich later publiek tegen Petrus (en Barnabas e.a.) keert, gaat het Paulus ook om de vrijheid en waarheid van het evangelie. Stel je de situatie voor. Petrus zit aan tafel met heiden-christenen. Tafel en avondmaal vieren zijn in het Nieuwe Testament nauw verbonden (1 Korintiërs 11[vii]). Je viert dat je één bent in Jezus. En dan komen die conservatieve gelovigen uit Jeruzalem eraan. Petrus bedenkt zich. Hij loopt bij de tafel weg (2:12). Omdat hij zo’n belangrijke apostel is, heeft zijn gedrag grote impact. Zijn gedrag heeft invloed op de andere gelovigen. Net als Petrus lopen zij bij de tafel weg (2:13).
Geloof voor ieder of voor een bepaalde groep/cultuur?
Stel je dit voor. Wat moet dit voor de heiden-christenen hebben betekend. Is er verbondenheid in Jezus aan de (avondmaals)tafel of zijn zij toch tweederangs gelovigen? Is het toch ‘Israël first’ en de rest minder of op voorwaarde x of y (besnijdenis, omgangsregels)? Hebben degenen die Paulus achterna reizen en hem corrigeren dan toch een punt? Het punt dat hieronder ligt: hoe beslissend vernieuwend zijn Golgota en Pasen werkelijk? Is het geloof iets dat bij de joodse cultuur hoort (wet, besnijdenis) of is het evangelie echt voor alle culturen; voor ieder die gelooft? Hoewel in leer/geloof met elkaar verbonden (2:9) gaat het hier in de praktijk toch fout. En wordt de vrijheid in Jezus (5:1) op een andere manier (dan 2:4) onder druk gezet. Zelfs door de eerste apostel.
En Paulus laat het er niet bij zitten. Dank God dat hij niet bezweek onder de druk! Wat een belangrijk moment is dit. Als Paulus hier z’n mond had gehouden om de ‘lieve vrede’, had de loop van het evangelie er anders uitgezien. Het risico was dat Gods evangelie dan niet tot bloei zou komen voor ieder die gelooft (3:28). Dat het geloof iets cultureels – voor een cultuur – zou zijn gebleven. Dat allerlei obstakels die niet bij de kern van het geloof horen ervoor hadden gezorgd dat de vaart uit Gods vernieuwende werk was gehaald. Dat het aantrekkelijke evangelie omgeven zou worden door allerlei ruis.
II.1 Meer dan aanzien.
Wat betekent dit voor ons? Ik denk dat dit stukje erg belangrijk is. Uitleggers worstelen er soms mee dat Petrus hier op z’n kop krijgt (en er zijn allerlei ideeën over hoe dit conflict is afgelopen). Het is juist zo’n mooi stukje omdat het je laat inzien dat er meer is dan afgaan op mensen. Die apostel. Die dominee. Die ouderling. Dat gemeentelid. ‘Ik houd mijn mond maar, want als ik iets tegen hem/haar zeg….’ Zo kan het gaan in de kerk. En dat is ongezond. De kerk leeft van een geheim dat haarzelf overstijgt. Wat Paulus doet als hij publiek opstaat tegen Petrus getuigt van (geloofs)moed. Hij weet dat God anders kijkt dan wij (2:6). Wij gaan makkelijk af op aanzien, (belangrijke) posities, invloed of (lange) gewoonte. De Galatenbrief is zo’n heerlijke brief omdat het vernieuwende en totaal verrassende van Golgota in alles centraal staat. God verlost je in Jezus. Zo ben je vrij. Die vrijheid van het evangelie is de grootste schat. Daarvoor moeten mensen soms een toontje lager (leren) zingen. Zelfs Petrus heeft dat ondervonden. (Ook mooi trouwens dat uit Paulus’ andere schrijven (blijvend) respect voor Petrus klinkt. Hij schrijft Petrus niet af. Hoe zou hij kunnen. Paulus heeft Jezus(’ gemeente) vervolgd en is in die zin de naam apostel niet waard (1:13[viii], 1 Korintiërs 15:8). Maar hier waakt hij als een herdershond voor de vrijheid die gelovigen in Jezus hebben.)
II.2 Hoe ben je Jezus’ gemeente?
Dan zit er nog een belangrijk leerpunt in Galaten 2. Dan moet je even goed kijken. Dat is de vraag hoe je gemeente van Jezus bent.
Omgaan met lastige vragen.
Net als Jezus’ kerk toen kun je vandaag voor lastige vragen komen te staan. Vragen waar je niet zomaar een antwoord op vindt (homoseksualiteit, gendervraagstukken e.a.). Galaten 2/Handelingen 15 zijn inspirerend. Je kunt zwijgen of lastige vragen uit de weg gaan. Om ‘de lieve vrede’ bijvoorbeeld. Maar Jezus’ apostelen gaan het gesprek aan. En let erop hoe ze dat doen. ‘Hevige woordenstrijd’ gaat samen met elkaar de broederhand geven (fellowship). Het is strijd om eenheid, de vrijheid en waarheid van het evangelie in Jezus. Dat dát evangelie – dat ongehoorde verhaal – verder komt. En dan helpt de Geest ook (Handelingen 15:28). Een bemoediging voor ons.
Ogen van de ander.
Een ander punt – dat met het vorige te maken heeft – is hoe je met het geloof in Jezus bezig bent. Daarvoor moet je kijken naar de confrontatie tussen Petrus en Paulus. Voor een joods-christelijk gelovige zag het er waarschijnlijk niet vreemd uit dat Petrus van die tafel weg stapt. Misschien wel logisch; waarom zou een Jood met een heiden eten?[ix] Maar Paulus kijkt door de ogen van de niet-Joodse gelovigen. Dat merk je aan wat hij eerder zegt: het is belangrijk ‘voor u’ (kerken in Galatië) dat de waarheid van het evangelie behouden blijft (2:5). Paulus denkt aan de gelovigen die net tot geloof zijn gekomen. Hij denkt aan al diegenen die nog tot geloof komen. Het moet volstrekt helder voor hen zijn dat God hen kent, ziet en in Jezus roept. Dat God niet komt met cultuur- of traditiegebonden (kerkelijke) regels en wetten maar met onvoorwaardelijke liefde in Jezus. Iedereen moet dat weten. Geen ruis op de lijn.
Opvallend. Kijk eens naar jezelf. Ben jij een Petrus of een Paulus? Kijk je vanuit de traditie (hoe het altijd ging/gaat) of vanuit de vrijheid van het evangelie van Jezus? Zou jij je onder druk laten zetten als ‘de groep’ zegt: ‘in onze kerk is het nu eenmaal gebruikelijk dat…’- en dan komen er kerkelijke regels/gewoonten. Regels/gewoonten die best verklaarbaar zijn. Of misschien goed – als je die kent of ermee opgegroeid bent. Maar die er ook voor kunnen zorgen dat mensen van buiten het vrije, aantrekkelijke evangelie van Jezus niet zien. Dat heb je soms zelf niet in de gaten omdat het voor jouw idee allemaal bij het geloof hoort.
Dit stukje evangelie leert je hoe belangrijk het is dat het evangelie niet vastroest. Dat er geen ruis op de lijn zit. En de beste manier om dat te voorkomen is naar jezelf (gemeente) en naar het evangelie kijken door de ogen van de ander. Ziet of ervaart hij/zij misschien hindernissen? Zijn dat hindernissen die vanuit de kern van het geloof gerust aan de kant kunnen worden gezet? Denk en leef ook hierin in de lijn van Galaten 2. Het gaat niet om ‘onze traditie’ maar om de vaart van de vrijheid van het geloof in Jezus.
III Getuig van je geloof.
De laatste toepassing gaat over Paulus, over jou en mij. Paulus zegt dat zelfs Barnabas zich laat meeslepen door Petrus’ gedrag. Zelfs Barnabas. Hier zit pijn in. Barnabas was namelijk Paulus’ mentor. Hij had hem geïntroduceerd bij de apostelen op het moment dat ieder Paulus negeerde. En nu dit.
Toch houdt Paulus zich niet in. Hij blijft pal voor de vrijheid van het geloof in Jezus staan. Het betekent wel dat Paulus op dat moment alleen staat. Het enige wat hij heeft is de roeping van zijn Heer (1:1). Dat is blijkbaar ook genoeg.
Getuigen.
Wat betekent dit nu voor jou en mij? De situatie met Galaten 2 is niet zomaar een-op-een van toepassing. Maar het leert je wel dat je een roeping hebt. Dat je niet eerst om je heen kijkt of er voldoende anderen zijn die net als jij geloven. En dat Jezus het de moeite waard maakt om je mond niet te houden.
Ik moest denken aan een getuigenis van …. toen zij een paar jaar geleden belijdenis deed van haar geloof. Zij vertelde dat zij op haar werkvloer de enige was die geloofde. In die zin kun je zeggen dat haar situatie lijkt op Saulus die toen ook even alleen stond. En in die situatie kunnen jij en ik makkelijk terecht komen nu steeds minder Nederlanders in God geloven. Wat deed zij? In haar schulp kruipen? Geloof achter de voordeur houden (zoals onze maatschappij snel wil)? Zij deed wat Paulus deed. Uitkomen voor het evangelie van Jezus. Ze vertelde dat ze met bepaalde regelmaat bad voor haar collega’s. Dat collega’s het waardeerden als ze daar eens wat over vertelde. Natuurlijk; bedenk wat wijs is en wat past in de situatie waar de Heer jou een plek geeft. Bedenk ook: omdat Paulus opstond en sprak bleef het evangelie het vrije evangelie. Zou de Heer jouw en mijn getuigenis ook niet willen zegenen? Het evangelie moet verder. Daar gaat het om.
4 Doe mee in de vaart van het koninkrijk.
Ik rond de preek af. In eerste instantie schrik je misschien als je Galaten 2/Handelingen 15 leest. Wat heftig allemaal. Maar kijk beter. Dit is een levensecht verhaal. En je ziet het wonder van het evangelie. De Geest helpt. Er ontstaat fellowship. Er is geloofsmoed. Eenheid in geloof; ook als er verschillende accenten gezet worden (Jeruzalem, Galatië). En het bevrijdende evangelie straalt. Wat mooi allemaal. Leef met Jezus en neem je plek in zijn koninkrijk.
===============================
Zie Geroepen tot Christus’ vrijheid. Introductie prekenserie Galaten.
[i] De vraag waarover Galaten 2:1-10 gaat en tot welk gedeelte van Handelingen het zich verhoudt, is een veelomvattende vraag. Het heeft bijvoorbeeld te maken met de datering van de brief aan de Galaten – die weer te maken heeft met de vraag wanneer de gemeente zijn ontstaan (zie onderaan de eerste preek over Galaten). Wat zegt Paulus als ‘de waarheid van het evangelie in uw belang behouden moest blijven’ (2:5)? Duidt dat er niet op dat de gemeenten in Galatië al bestaan bij het zgn. apostelconvent? Of leg je er dan teveel in? Ook andere zaken spelen mee. Wat is ‘openbaring’ in 2:2? Wat wordt bedoeld met ondersteunen van de armen (2:10) en hoe verhoudt zich dat tot wat e in Handelingen staat over het inzamelen van gaven?
Volgens Tom Wright heeft Paulus het nooit over het apostelconvent van Handelingen 15 gehad (Wrights biografie van Paulus). De openbaring (Galaten 2:2) is volgens Wright de openbaring over een komende hongersnood – waarop Paulus en Barnabas naar Jeruzalem gaan (zie Handelingen 11:27vv). Wright zet, in zijn biografie van Paulus en in zijn commentaar, de zaken met vaart en flair neer. Ik ga echter niet met hem mee. Ik kan me meer vinden in de uitleg van Martinus C. de Boer (2011). Hij zegt in zijn commentaar dat Galaten 2:1-10 veel meer overeenkomst heeft met Handelingen 15 dan met Handelingen 11; hetzelfde onderwerp (besnijdenis), dezelfde hoofdrolspelers (Paulus en Barnabas, Jakobus en Petrus) en dezelfde uitkomst (besnijdenis-vrij evangelie voor heidenen). De Boer parafraseert het begin van Galaten 2:2 als volgt: ‘mijn hele reis naar Jeruzalem, inclusief wat daar gedurende mijn bezoek gebeurde, was een zaak van Gods openbarende daden en wil’ (pagina 109). Ook Keener (Galatians) legt een verband tussen openbaring (2:2) en het aan Paulus geopenbaarde evangelie (zie Galaten 1, m.n. 1:16). Het deel van Keener in zijn inleiding op Galaten inzake Galaten 2 en Handelingen 15 is sterk – en compleet (zeker completer dan Wright die een aantal lastige zaken die met zijn visie meekomen niet of nauwelijks bespreekt). Het lijkt mij het meest voor de hand te liggen dat Paulus in Galaten 2:1-10 het apostelconvent van Handelingen 15 beschrijft. Dat Lucas (Handelingen) en Paulus (Galaten) op een verschillende manier over datzelfde convent spreken, kan en hoeft niet te verbazen. (Er blijven trouwens – welke visie je hierin ook hebt – bepaalde open einden. In hoofdzaak komt de uitleg op veel punten overeen – wat dan weer mooi inhoudelijk verbonden is met Galaten 2:9)
[ii] Zie preek tweede slot Marcus.
[iii] Zie apologetische paaspreek 2021.
[iv] Zie eerste preek Galaten.
[v] Paulus besnijdt Timoteüs wel. Dat ligt wel anders omdat het niet ging om het horen bij Gods volk (Galaten 3:1-14) maar om het missionaire werk (onder Joden) te kunnen doen.
[vi] Zie preek Goede Vrijdag Galaten 3:13.
[vii] Zie overdenking 1 Korintiërs 11:26.
[viii] Zie preek tweede deel Galaten 1.
[ix] Keener wijst erop dat Joden soms wel en soms niet met heidenen aan tafel zaten.
Voorbeeldliturgie
Welkom
Afkondigingen kerkenraad
Votum en groet Sela https://www.sela.nl/liederen/1/votum-en-groet.html
GK 92:1 en 2 Nu triomfeert (voortzetting Paasliederen)
Gods leefregels
Psalm 86:4 Leer mij naar uw wil te hand’len
Gebed
Kindermoment
Opwekking kids 85 Als ik mijn ogen sluit Opwekking Kids 85 | DagelijkseBroodkruimels
Kinderen naar kring
Lezen Galaten 2:1-14
Verkondiging deel 1
GK 62:1 en 2 Ik ben de weg
Verkondiging deel 2
GK 62:3 en 4 Ik ben het leven
Geloofsbelijdenis (staande)
GK 123:1 ‘k geloof in God de Vader
Artikel over Jezus Christus
GK 123:5 ‘k geloof in God, de Heilge Geest
Bijdrage uit Alpha-cursus
Dankgebed en voorbede, afgesloten door
Onze Vader (Elly en Rikkert)
Collecte
Jezus leeft in eeuwigheid, opwekking 71/GK 111 Jezus leeft in eeuwigheid – Opwekking 71 | DagelijkseBroodkruimels
Zegen
Amen (gezongen)
Verdere ontmoeting