De radicale islam blijkt invloed uit te oefenen in Nederland. Zo bleek laatst uit onthullingen van Nieuwsuur en NRC Handelsblad. Wat is in deze kwestie een goede christelijke houding? In dit artikel richt ik me op twee dingen: (christelijke) politiek en de roeping voor christenen.
Er ontstond grote ophef toen Nieuwsuur en NRC Handelsblad laatst onthulden dat diverse Nederlandse moskeeën gefinancierd werden door het buitenland. Vooral het feit dat de radicale islam financierder is, roept afgrijzen op. Welke invloed hebben salafistische stromingen op ons land? Wordt er geweld gepreekt in de strijd (jihad)? Radicale invloed bleek uit diverse toespraken in moskeeën. Dat betrof de plek van vrouwen, de democratie, het gebruik van geweld en het hellevuur. Omdat het in Nederland steeds over onze identiteit gaat, roepen deze onthullingen heftige reacties op. Wat kan een goede christelijke houding zijn in deze kwestie?
Toontje lager
Allereerst betreft dat de rol van christelijke politiek. Onder andere christenpolitici hebben het voortouw genomen door in deze kwestie een motie in te dienen in de Tweede Kamer.[i] De motie betreft nader onderzoek naar buitenlandse financiering van Nederlandse moskeeën. Het feit dat ook christenen de waarden van onze samenleving beschermen is te waarderen. Toch vraag ik me af of deze opstelling houdbaar is. Angst voor de opkomende islam domineert het Nederlandse (identiteits)debat. Een recent rapport over de geloofsbeleving van moslims in ons land zegt dat moslims zich steeds meer vasthouden aan hun geloof vanwege toenemende spanningen tussen moslims en niet-moslims.[ii] Al richt je je op uitwassen; je voert die spanningen op als je onderzoek naar moskeeën initieert. Denk daarbij ook aan de eigen christelijke achterban. Een waarschuwend signaal ontmoedigt het aangaan van contacten met moslims.
Daar komt nog een ander punt bij. Gelovigen vormen een minderheid in onze samenleving. Wetten uit ons christelijk verleden zijn afgeschaft. Maar daar blijft het niet bij. Wie goed naar de samenleving luistert merkt dat begrip voor gelovigen afneemt. Soms is de overheid er zelfs niet bang voor om van haar kant de grens tussen kerk en staat te overschrijden.[iii] Echt doorbijten is er (nog) niet bij. Maar een sfeer zegt wel iets. Ik denk bijvoorbeeld aan een opmerking van prominent VVD-er Klaas Dijkhoff. Zijn naam klinkt als het om de vraag gaat wie mogelijk onze toekomstige minister-president kan worden. Op het VVD voorjaarscongres zei Dijkhoff dat politieke partijen vroeger zijn opgericht voor mensen die onder de beknelling van de kerk vandaan wilden. Kerken van nu ‘zingen wel een toontje lager dan vroeger’. Nu is het waar dat de kerk moet leren om haar positie niet verkeerd te gebruiken. Maar waarom laat Dijkhoff zich uit over de (positie van de) kerk? Zijn uitspraak is niet alleen weinig respectvol. Dijkhoff deed zijn uitspraak in het kader van de dominantie van de liberale democratie. Zo klonk het als strijdtaal. Ik vraag me wel eens af hoe het afloopt met religieuze vrijheden in ons land.[iv] In die setting is het niet verstandig dat christenpolitiek het voortouw neemt in het onderzoek naar religieuze organisaties zoals moskeeën. Wie weet wordt zoiets later tegen je gebruikt in kwesties die voor jezelf belangrijk zijn.
Salam; vrede!
Wat me vooral bezighoudt is de stilte onder christenen naar aanleiding van de onthullingen van Nieuwsuur en NRC Handelsblad. Zijn christenen verlegen met deze situatie? Vinden ze het best dat de (christelijke) politiek het oplost? Of zien christenen het niet zitten om het contact aan te gaan met de radicale islam? Misschien zijn christenen bang en vragen ze zich af of de radicale islam voet aan de grond krijgt. Wat betekent dat voor de toekomst van de kerk? Die angst is gezien de cijfers niet geheel ongegrond; de radicale islam vertoont groei in ons land. Om die realiteit kun je niet heen. Maar christenen laten zich niet beheersen door angst. Daarin zijn ze anders dan hun mede-landgenoten. Niet uit zichzelf maar vanwege Jezus. Na zijn opstanding uit de dood zei Jezus tegen zijn leerlingen dat ze niet bang hoefden te zijn. Jezus wenste hen vrede toe (Johannes 20:19).[v] Vrede! Een veelzeggend woord in het verband van dit artikel. Want een radicale moslim neemt dat woord in de mond als groet. Salam aleikum; vrede! – zo spreekt de radicale moslims in Gods naam. Christenen kennen het woord vrede ook. En wel uit de mond van hun opgestane Heer.
Het is spannend als je hetzelfde woord gebruikt terwijl je er iets anders mee bedoelt. Dat vraagt om ontmoeting en gesprek. Want wat houdt Gods vrede concreet in? Komt er vrede in het gezin als de man de baas is en de vrouw eronder wordt gehouden? Ontstaat er vrede in de maatschappij door geweld te gebruiken als God niet wordt gehoorzaamd? Moet de democratie omvergeworpen worden om het Godsrijk te realiseren? Duidelijk zal worden dat het in en om Christus gaat. Onafhankelijk van welke regering er is; Jezus heerst (Psalm 2[vi], 1 Timoteüs 2). Jezus geeft de man de opdracht zijn vrouw lief te hebben als zichzelf (Efeze 5). Oordeel, onrecht, geweld en terreur werd in extremis op Jezus gelegd toen hij de weg van Golgota ging.[vii] Jezus sprak niet alleen over de hel maar hij kwam daar zelf in terecht.[viii] In Jezus is God koning over alles en allen! En ‘als de berg niet naar Mohammed komt, moet Mohammed naar de berg’. In dit geval zijn christenen Mohammed. Zij zullen het gesprek met de radicale islam moeten aangaan. Waar Nederland en masse een afkeerbeweging maakt, kunnen christenen het tegenovergestelde doen.[ix]
Vrij
Welbeschouwd is het bovenstaande een concretisering van 1 Korintiërs 9. Voor zijn bekering was Paulus te vergelijken met een salafist of jihadist. Hij was vol ijver voor God. Paulus vervolgde zelfs de mensen van ‘de weg’. Daarbij schuwde Paulus het geweld niet. Totdat Jezus Paulus roept (Handelingen 9).[x] In 1 Korintiërs 9 legt Paulus uit hoe Jezus hem bevrijdt. Paulus is zwak met de zwakken. Hij is de Joden en Jood. De Grieken een Griek. Waar de ander zich ook maar bevindt; Jezus maakt Paulus vrij om anderen voor het evangelie te winnen. Zo bevrijdt Jezus vandaag om de salafisten een salafist te zijn. Wie weet leren enkelen van hen de Heer kennen. Niet iedere christen hoeft het gesprek met een radicale moslim aan te gaan. Maar je kunt deze moslims en moslima’s wel aan de Heer opdragen in je gebed en vragen of er ruimte ontstaat voor geestelijke gesprekken.
OnderWeg, zaterdag 7 juli 2018.
Zie Radicale islam en christelijke identiteit (Nederlands Dagblad, 7 juli 2018).
Zie Voer ook het religieuze gesprek over salafisme (ingezonden aan NRC Handelsblad, januari 2018).
[i] Zie ook Christelijke vrijheid bij de komst van een ‘haatimam’ (2012). Dit artikel stond in het Nederlands Dagblad en is geschreven toen de ChristenUnie het voortouw nam bij een (vruchteloze) poging om de zogenaamde haatimam Al-Haddad uit ons land te weren. En zie Neem niet het voortouw in kritiek op andermans geloof; een artikel over christelijke politiek in een tijd van opkomende islam (Nederlands Dagblad 2012).
[ii] Zie het SCP rapport: De religieuze beleving van moslims in Nederland. Diversiteit en verandering in beeld (12 juni 2018).
[iii] Zie De missiedrang van de staat (Nederlands Dagblad 2015) en Christus en cultuur (OnderWeg 2015).
[iv] Zie Christenvervolging in Nederland (OnderWeg 2015) en Eigen geloofspapieren (NRC Handelsblad 2016).
[v] Zie een preek over die tekst, gehouden in een context van de christelijk-islamitische dialoog.
[vi] Zie The return of the king, preek Psalm 2.
[vii] Zie Laat het oordeel aan God. Een bijdrage over geloof en geweld in de bronnen in de context van de christelijk-islamitische dialoog (na de aanslagen in Parijs, 2015). En zie het lied Vrijheid van het Woord (najaar 2015).
[viii] Zie De hel van veraf en dichtbij (OnderWeg 2015). Een artikel in onder andere de context van het de opkomst van de helse IS.
[ix] Zie een themadienst over religie anno nu en de betekenis daarvan voor christenen.
[x] Zie Fatwa tegen ISIS-strijders vragen. Hoe christelijk is dat? Blogpost najaar 2014.