Na Psalm 41 (vorige week) vandaag Psalm 42 centraal. Opnieuw een klacht. Een intensivering van Psalm 41. Wie goed luistert ontdekt iets bijzonders over de manier waarop God zich laat kennen. De eredienst is een gezamenlijke (zomer)dienst met de Zuidhovenkerk (CGK). Je kunt de preek beluisteren via mijn podcast. Een voorbeeldliturgie staat onderaan de preektekst.
Gemeente van de Heer
1 Een klacht met een getuigenis.
Vorige week luisterden we naar Psalm 41.[i] Aan de ene kant is er sprake van een opeenstapeling van moeite en tegenslag. Dat gaat van ziekte tot aan een vriend die zich als een vijand opstelt. Aan de andere kant is er een geloofsbelijdenis dat God zal helpen. En Psalm 41 sluit af met een lofzang op God. Over Psalm 41 nog het volgende. Het Albert Schweitzer ziekenhuis in Dordrecht heeft een vers van dat lied in de muur van de hal.
De steen is afkomstig van het middeleeuwse Sacramentsgasthuis (Visstraat). Mooi om zo’n oude tekst op te nemen in een nieuw ziekenhuis. De tekst zegt dat wie oog heeft voor de armen door de HEER zal worden geholpen op het ziekbed (Psalm 41:2).
Psalm 42; intensivering van Psalm 41.
Vandaag Psalm 42. Die is een stuk bekender. Psalm 42 en 43 vormen een eenheid (bij Psalm 43 hebben we in Coronatijd stilgestaan).[ii]
Om goed zicht te krijgen op een Psalm – welke ook maar – is het van belang oog te hebben voor de plek die het lied heeft gekregen in het geheel van het Psalmenboek.[iii] Psalm 41 sluit deel één van het Psalmenboek af. Het deel over de koning die moeite ondervindt. Psalm 42 borduurt voort op die klacht.
Je kunt zeggen dat Psalm 42 een verdieping of intensivering is van Psalm 41. Want in Psalm 41 gaat het om allerlei mensen die zich tegen de dichter keren. Psalm 42 is heftiger omdat daarin gevraagd wordt waar God is:
Tot God, mijn rots, wil ik zeggen:
Waarom vergeet U mij….
Het gaat door merg en been,
de hoon van mijn belagers…:
‘Waar is dan je God?’
(Psalm 42:10 & 11)
Zie je? Hier zit veel pijn. Verderop wordt die pijn frustratie (Psalm 44).[iv] Voor iemand die zo verlangt naar God(s aanwezigheid) hakt het erin dat God niet thuis geeft (zie Psalm 10, 13, 42 & 43). Vergelijk het met het missen van iemand waar je veel van houdt. De dichter begrijpt het niet. Dat mensen va alles en nog wat doen; dat zal. Maar waar is God? Vanwaar moeite en tegenslag (Psalm 41)? Daarover gaat het tweede deel van het Psalmenboek dat opent met Psalm 42. Er komt niet altijd antwoord. Het gaat over Gods afwezigheid. In diverse toonaarden wordt daarover gebeden. Het gaat bijvoorbeeld over zonde (Psalm 51) en gebrek aan toewijding (Psalm 50).[v] Zo gaat het stap voor stap – via de crisis-Psalmen 73 t/m 89 over het einde van Davids koningshuis – naar Góds koningschap (Psalm 93 e.a.).[vi] In dat geheel staat Psalm 42.
Godsverlangen.
Maar laten we beginnen bij het begin. Wat is dat toch indrukwekkend:
Zoals een hinde smacht naar stromend water
zo smacht mijn ziel naar U, o God.
Mijn ziel dorst naar God, de levende God
(Psalm 42:2 & 3).
Deze verzen geven te denken. Als het snikheet is verláng je naar verkoeling. Als je honger hebt sméékt je lijf om brood. Dat gaat vanzelf. Niemand die je dat hoeft te zeggen. Zo verlangt de dichter naar God. Zo ‘natuurlijk’.
Herken je dat verlangen? Weet jij waar dat om gaat? Wat hier staat is teer. Je hebt misschien wel eens meegemaakt dat je vanwege heftige emotie geen hap door de keel kon krijgen. Als je heel erg verliefd bent bijvoorbeeld. Of als je intens verdriet beleeft. Die emotie neemt je zo in beslag dat er zelfs geen ruimte is voor het meest basale. Op dat niveau spreekt Psalm 42 van God. Niet God ‘voor de zondag’. Of het geloof als een set (ver)plicht(ing)en. Maar God omdat Hij God is en jij zijn mens bent. God – zonder wie je niet kunt (leven). God die ons in Jezus in alles gelijk is geworden. Gods Geest die je leven nieuw maakt; bron van levend water (Ezechiël 36 & 47).[vii]
Leven.
Dit getuigenis maakt Psalm 42 zo’n bijzondere en geliefde Psalm. Het intense gemis van God getuigt van zielsverbondenheid tussen God en zijn kinderen. Als je dit soort teksten leest, snap je dat mensen als Luther hebben gezegd dat je misschien niet heel de Bijbel hoeft te lezen als je tenminste maar de Psalmen en de evangeliën leest. Iedere letter getuigt van de levende God (Psalm 42:3b); het leven met en door God. Juist in onze tijd en cultuur waarin wordt geprobeerd om God aan de kant te zetten zijn de Psalmen nodig.[viii] De Psalmen doen iets bijzonders. Ze zijn daarin uniek. De Psalmen getuigen zo van gemis aan God dat ze juist een teken van zijn aanwezigheid zijn.
2 Leef Psalm 42 in Jezus.
Hoe loopt het nu af met deze klacht? Krijgt de dichter waar hij om vraagt? Wij willen dit soort dingen misschien weten maar zo werken de Psalmen niet. De dichter kijkt terug op wat God gaf (Psalm 42:5) en spreekt zichzelf (daardoor) moed in (Psalm 42:6 & 12). Ik denk dat je het zo kunt zien dat in het vervolg van het Psalmenboek een antwoord komt op de klacht van Psalm 42.[ix] Denk aan Psalm 84 waarin het geluk van het zijn-bij-God en bij zijn tempel wordt bezongen. De Psalmen zingen om elkaar heen om te eindigen met een serie lofzangen op God (Hallel-Psalmen).[x]
Storm op het meer.
In het Nieuwe Testament zijn er zeker twee gebeurtenissen aan te wijzen waarin Psalm 42 terug komt. Allereerst is te denken aan de storm op het meer (Matteüs 14).[xi] Jezus heeft zijn discipelen vooruit gestuurd en blijft zelf achter om te bidden. Het schip van de discipelen komt in zwaar weer terecht. Golven slaan om hen heen (Psalm 42:8). Ze raken totaal in paniek. Zeker als ze denken dat er een spook op hen afstapt. Het is de ontreddering van Psalm 42. Als Jezus aan boord komt en de storm tot bedaren brengt, volgt de belijdenis dat hij Gods zoon is. Hij is God die hen ziet en redt (Psalm 42:12e).
De storm op het meer herinnert ons eraan, gemeente, dat als je als kerk door een tijd van beproeving gaat, dat je dan trouw blijft in de liefde tot God en elkaar. Er is geen moment dat God je uit het oog verliest.
Getsemane.
Met name in Getsemane komt Psalm 42 terug (Matteüs 26:36-56).[xii] In volle hevigheid ‘slaan al Gods golven’ (Psalm 42:8) over Jezus heen. Jezus sterft bijna van angst. Hij loopt de weg van Psalm 42 helemaal uit. Denk dan aan de ellende waarvan heel deel één van het Psalmenboek van vertelt. En denk aan de oorzaak van die ellende waarvan deel twee van het Psalmenboek vertelt. Alle Godverlatenheid die wij ervaren. Alle zonden die wij begaan. In Getsemane ervaart Jezus de zinloosheid van het bestaan waarvan de Psalmen zingen. Hij ervaart in onze plaats Gods oordeel over alle zonde. Jezus ziet dat de weg naar een nieuwe toekomst bestaat uit het uitlopen van die weg; Golgota. En hij wil die weg gaan. In vertrouwen dat dat de weg van leven is (Psalm 42:6&12). Jezus doet dit voor de dichter van Psalm 41 & 42. Voor David. Voor Judas en Petrus. Voor jou en mij. Zoals Psalm 42 op een bijzondere manier – in Gods schijnbare afwezigheid – getuigt van Gods aanwezigheid zo laat Getsemane en Golgota voluit zien wie God is. In de grootste vernedering, de hulpeloosheid van Golgota, verlost God ons. Waar Jezus in de duisternis van Golgota klaagt over Godverlatenheid (Psalm 22[xiii]) daar is hij God die ons ziet en redt (Psalm 42:12e).
Zo laat het Nieuwe Testament ons de eindeloze diepte en hoogte van Gods recht en liefde zien. ‘Bij Hem verstilt mijn klacht’ (Psalm 42 berijmd). In Jezus’ naam helpt Psalm 42 ons bij het omzien naar elkaar. Het luisteren naar levenspijn. Het er-voor-elkaar-zijn. De hoop en troost van het evangelie dat God in Jezus alles nieuw maakt.
Leef met Jezus.
Ik rond de preek af. Wat is Psalm 42 een schitterend lied. Het getuigt van Godsverlangen in tijd van Gods afwezigheid. Het laat je herinneren aan wat God gedaan heeft om je te richten op zijn goedheid en trouw. Zing dit lied en leef met je verlosser. Wees zo tot een zegen voor de mensen om je heen.
[i] Zie De klacht en kracht van Psalm 41.
[ii] Zie Hopen op God als het nieuwe normaal. Preek Psalm 43.
[iii] Zie preek Psalm 41 en de verwijzingen onderaan die preektekst.
[iv] Zie De provocatie van Psalm 44.
[v] Zie preek Psalm 50 en preek Psalm 51.
[vi] De HEER is koning. Preek Psalm 93.
[vii] Zie preek Ezechiël 36 en preek Ezechiël 47.
[viii] Zie onder punt 3 van preek Psalm 43.
[ix] Zie de prekenserie Psalm 42/3 – 49.
[x] Zie preek Hallel-Psalm 115 en preek Hallel-Psalm 148.
[xi] Zie preek over storm op het meer.
[xii] Zie preek Jezus in Getsemane. En zie artikel Jezus in Getsemane (OnderWeg).
[xiii] Zie preek Psalm 22.
Voorbeeldliturgie (middagdienst)
Welkom
Votum (gezongen GK 175b)
Groet
Amen (GK 175b)
Liedboek Psalm 146:1 en 4 Zing, mijn ziel, voor God, uw Here
Gebed
Zingen GK Psalm 42: 1 en 2 Heer, en hert in dorre streken
Lezen Psalm 42 Zoals een hinde smacht naar stromend water
Zingen GK Psalm 42: 4 en 5 ‘k Denk aan U, terneergebogen
Verkondiging van het evangelie
Zingen GK Psalm 42: 6 en 7 Ik wil God, mijn steenrots vragen
Geloofsbelijdenis Nicea (uitgesproken door voorganger) staande
GK 158 Als een hert dat verlangt
Dankgebed en voorbede, afgesloten door
GK 37: 3, 7 en 8 (Onze Vader, ‘Dat komen mag uw koninkrijk)
Collecte
LB Psalm 146a: 1 en 7 Laat ons nu vrolijk zingen
Zegen
Amen (gezongen, gebruikelijke GK 182e, vierstemmig)