Sinds de beroemde foto’s bij de inauguratie van Trump (‘meer mensen aanwezig dan ooit’) weten we allemaal wat fake news is. In de Bijbel komt nepnieuws vaak voor. Het gaat dan om nepprofeten en nepprofetessen. Bijvoorbeeld in Ezechiël 13. Waar gaat het hoofdstuk over en wat betekent het voor ons? Voorbeeldliturgie onderaan de preektekst.
1 Fake of echt?
Waren er meer mensen in Washington toen Obama president werd of toen Trump president werd? Sinds de beroemde foto’s na de inauguratie van Trump weten we allemaal wat fake news is. Tricky als je online bent. Je kunt niet altijd zien wie/wat er verborgen zit achter een artikel, een insta- of Facebookaccount. En dat appje van een onbekend nummer; geloven of niet?
Helemaal ingrijpend is het als iemand die je goed kent fake is of zich zo gedraagt. Wat valt dat tegen. Je dacht dat iemand het beste met je voor had. Je vertrouwen krijgt een forse deuk.
Verder met Ezechiël.
We pakken de draad van Ezechiël weer op.[i] We eindigden met het meest dramatische vers uit het Oude Testament; Gods vertrek uit de tempel en uit Jeruzalem (11:23).[ii] Direct daarop volgen drie hoofdstukken over fake news.[iii] Over nepprofeten en nepprofetessen. En, gelukkig, over echte profetie: woorden die betrouwbaar zijn – al zijn ze niet altijd ‘leuk’.
De paus zei al dat fake news niet iets van onze tijd (alleen) is. Franciscus zei dat fake news sinds het Paradijs bestaat. Daar probeerde de slang Adam en Eva te verleiden (Genesis 3). Bedankt, paus Franciscus. Zo is het. Zowel het Oude als het Nieuwe Testament waarschuwt regelmatig voor fake news.[iv]
Nu een vraag voor jou: herken jij fake news? En dan bedoel ik niet alleen trollen of nepaccounts op internet. Maar als iemand nou iets over of namens God zou zeggen wat niet waar is (Ezechiël 13), zou je het dan doorhebben?
In de tijd van Ezechiël liepen alle mensen achter het fake news aan. ‘Alles is o.k.’ zeiden de nepprofeten toen (13:10).[v] En de mensen geloofden dat. Ze werden als het ware in slaap gesust. Ze gingen lekker verder met hun leven. Priesterprofeet Ezechiël zei: het is foute boel, Gods oordeel komt. Hij geeft een wake-up call.[vi] De mensen zeiden: laat maar kletsen. Ezechiël is niet wijs.
Betrouwbaar.
Hoe kun je nou bepalen wie er gelijk heeft? Wij zeggen vandaag heel snel: ik zie het zus en jij ziet het zo. En we twijfelen er wel eens aan of God bestaat. Ieder z’n eigen waarheid.[vii] Iedereen tevreden.
Maar als het nou echt belangrijk (voor je) is? Voor je leven en geluk.
Stel iemand zegt op een feestje tegen je: ‘jij bent de mooiste die ik ooit ben tegengekomen; kom: ga met me mee naar mijn huis!’ Echt of nep? Wat doe je? Of: we moeten nu wat doen aan klimaatverandering anders dreigt er een ramp. Echt of nep? Wat doen we? Nog een voorbeeld. De Bijbel zegt dat Jezus eraan komt om iedereen te berechten en te belonen. Ben je er klaar voor? Of is het fake news? En als dat bericht wel klopt?
Kortom: Ezechiël 12-14 is belangrijk. Voor toen en nu. Omdat het gaat om vertrouwen. Wie is echt?
2 Ons hart en Gods hart.
Het zit God heel hoog. God vat fake news persoonlijk op. God zegt: jullie beledigen mij (13:19, Bijbel in Gewone Taal).[viii]
Om te begrijpen waarom God het zo opvat, moet je weten hoe de tijd van Ezechiël was. In het Oude Testament hadden profeten een belangrijke taak. Ze vertelden wie God is en wat Hij (concreet) wil. Ze herinnerden – vaak tegen wil en dank – aan alles wat God had gedaan en beloofd en wat dat betekent. Maar profeten konden alleen iets zeggen als God hen riep.[ix] Iets doorgeven als God hen daartoe de opdracht had gegeven. God stelt profeten aan en bepaalt de inhoud van de profetie.
Dat gaat op twee manieren vreselijk mis in de tijd van Ezechiël.
A/ De profeten zeggen van alles en nog wat terwijl God hen helemaal niet geroepen heeft (13:2-8). Ze zeggen maar wat. Maar wel namens God. Alsof ze (geroepen) profeet zijn. Zo schetsen ze een verkeerd beeld van God (2de gebod). Daarom vat God het persoonlijk op. Het gaat om Gods eer en goede naam. Stel dat iemand namens jou tegen een ander iets zegt waar jij het helemaal niet mee eens bent. Dat is irritant. Want dat gaat over jou. Zo nemen deze nepprofeten God niet serieus.
B/ Nog kwader is God op de profetessen (13:17-23).[x] Zij maken zich ook nog eens schuldig aan (witte) magie. Daarbij vragen ze eten in ruil voor hun ‘profetie’. Een ernstig misdrijf. Zeker in een situatie waarin het volk, in ballingschap, waarschijnlijk in schaarste leefde. Zo vallen er letterlijk doden (13:19) door hun ‘profetie’. Woest is God. Want hoeveel zonden er ook zijn; het is mijn volk – zegt God (13:19).
God oordeelt deze fake news brengers. Er is voor hen geen toekomst (13:9, 15 en 20 & 21). Zo herstelt God de orde. God begint daarvoor bij de basis. Eerst moet het verkeerde spreken over Hem het zwijgen worden opgelegd. Zodat er ruimte staat voor bevrijdende profetieën (m.n. Ezechiël 37-48). Dan weet iedereen wie Hij is. Die opmerking[xi] staat opvallend vaak in dit hoofdstuk (13:9, 14, 21 en 23).
Waar je hart vol van is…
Een spade dieper. Waar gaat het nou mis? En hoe maak je onderscheid tussen valse en echte profetie?
Gods allereerste verwijt is dat de profeten ‘op eigen gezag’ (NBV) profeteren (13:2). ‘Uit je hart’ (Statenvertaling). Ja. Wat leeft er in je hart? De profetessen zochten brood om te overleven. Daarom begonnen ze de BV Profetie & dochters. Dat is hun hart/leven. Maar kun je God voor je kar spannen? De profeten wilden Jeruzalem houden zoals het was. Daarom richten ze de belangenorganisatie Profeet & profijt op. Dat is hun hart/leven. Maar is God het verlengde van onszelf en van onze verlangens?
Zie je waar het om gaat? De nepprofeten zitten vol wantrouwen. Wantrouwen richting God. Ze zijn vol van zichzelf en schermen zich af voor God(s spreken).
In fraaie beeldspraak zegt God dat het precies andersom is (13:10 vv). Dat je leven alleen veilig is met profetie, echte Godswoorden. Want profetie heeft een beschermende functie; het is als een muur om de stad (13:10 vv). Je staat stevig als je Gods goede woorden tot je door laat dringen en je je daardoor laat omringen. Als je je bekeert (13:22, cf. 18:23) waar nodig. Als je groeit waar nodig. Als je je laat bemoedigen waar nodig. Zo is Gods woord als een muur om je heen. Denk aan de goede fundering van je levenshuis waar Jezus van spreekt (Matteüs 7:24-27, cf. Psalm 1[xii]).
Kijk eens naar jezelf. Wat is jouw hart? God wilde toen niet dat zijn volk zekerheid ontleende aan een dikke muur om de stad. God is je ‘muur’; Hij beschermt [denk aan Jericho dat niet herbouwd mocht worden omdat God veiligheid zou geven aan zijn volk].
Hoe is dat voor jou? Vandaag is Gods wil niet anders. God wil niet dat je je afschermt voor Hem. God kan alles hebben maar dát niet. God wil niet dat je aan ego-building doet; jezelf constant anders voor te doen dan je bent (met of zonder leugentje). Of de werkelijkheid naar jouw hand probeert te zetten.
Fake niet. Wees echt. Oprecht. Over je geloof, je twijfel, je tekort, je zonde en je verlangen. En vooral: zoek het in al die dingen bij God. Gód is echt. Zijn hart is vol recht, barmhartigheid en liefde. Hij laat niet los waaraan Hij begint.
Dwars door dit oordeelshoofdstuk komt die belofte op ons af. Straalt God. Ezechiël 13 bevat fantastisch nieuws. God maakt korte metten met alles wat fake is. Zeker: pas als Jezus terug komt zal dat definitief gebeuren.[xiii] Alles wat verborgen is komt dan aan het licht.[xiv] Ieder woord. Elke gedachte. Elke daad. Van ieder mens. Maar het begint al voor wie in Jezus gelooft. Zet je leven vandaag in zijn stralende licht.
Zingen we nu van Gods scheppende en bevrijdend spreken. Psalm 33 uit de nieuwe berijming (zie onderaan bij voorbeeldliturgie)
3 Jezus is echt.
We zijn gemeente van Jezus. Hoe lezen wij Ezechiël 13 met het oog op vandaag? Op drie verschillende niveau’s wil ik daarbij stilstaan.
I Betrouwbaar.
Voor toepassing kun je denken aan het vermijden van elke vorm van magie. Magie is populair. Zeker nu we een zekere culturele en geestelijke leegte ervaren.[xv] Gouden bergen en allerlei weetje worden je beloofd. Maar je blijft met ellende zitten. Blijf bij Jezus en lees de Bijbel.
Denk ook aan je spreken. En aan wat je online post. De Bijbel zegt dat we ons moeten richten op wat waar/echt is (o.a. Filippenzen 4:8). Denk ook aan betrouwbare journalistiek. We danken de Heer in een land te leven waarin persvrijheid is. Waar kwaliteitsjournalistiek is. Belangrijk werk om vandaag journalist te zijn. Misschien heeft de Heer daarin wel een roeping voor jou.
II Het grote mysterie.
Helaas moet ook het Nieuwe Testament waarschuwen voor nepnieuws. De kern daarvan zit altijd vast op het spreken over Jezus. Jezus zelf waarschuwt al voor nep-Messiassen (Marcus 13).[xvi] Het is zaak om goed op te letten. Het gaat in dit spreken, precies als in het Oude Testament bij Ezechiël, steeds over geestelijke dingen. Was het maar zo simpel dat mensen zeggen niet in Jezus te geloven. Het is listiger. Jezus wordt anders voorgesteld dan hoe hij zich laat kennen. Er gaat in geestelijk nepnieuws altijd – linksom of rechtsom – iets af van dat ene, grote mysterie (1 Timoteüs 3:16). Dat gevaar is ook vandaag reëel.[xvii]
Johannes roept op om de geesten te onderscheiden omdat er veel valse profeten zijn (1 Johannes 4:1 en 2). In Jezus zijn al Gods schatten van wijsheid en kennis verborgen (Kolossenzen 2:3). Gaat het om Christus’ recht, barmhartigheid en trouw (cf. Exodus 34:6-7)? Of is het altijd een bepaalde stukje daarvan; een stukje dat ons ‘toevallig’ goed uitkomt? En verzwijgen we die andere dingen? Net als de nepprofeten en nepprofetessen uit Ezechiël hebben wij ons eigen hart en onze eigen belangen.
III Onze christelijke BV-tjes.
Tot slot is te denken aan ons hedendaagse klimaat waarin het ik centraal staat. In dit klimaat zijn wij christen. Daar hoef je niet moeilijk over te doen. Iedere tijd is anders. Maar laten we wel opletten. Hoe snel begint en eindigt een christelijke discussie niet met: ‘ik zie het zo niet’, ‘ik ervaar dat heel anders’. en dan punt. Zeker; sluit jezelf niet uit. Je gevoel en je verstand niet. Als wij maar niet doen wat die nepperds uit Ezechiël 13 deden: ‘ik en het evangelie zoals ik het zie’. De BV Ik en Jezus. De belangenvereniging Zo ben ik dat niet gewend in de kerk. En dat is het dan.
Jezus is Heer. Hij alleen is Heer. Gelukkig maar. In Ezechiël 13 maakt God een eind alles wat fake is. En zo opent Hij de weg. Niet om nog langer door wetten of profeten te spreken. Maar om zelf mens te worden. In Jezus (cf. Hebreeën 1:1-3). Zo echt is God. Geen grammetje fake in Hem. Hij is ons echt en helemaal gelijk geworden.
Geloof in Jezus.
Volg hem.
Zie KNOWN. Introductie preken over Ezechiël.
[i] Zie KNOWN. Korte inleiding op Ezechiëlpreken voor de eerdere preken over dit Bijbelboek.
[ii] Zie Hoe God bij mensen woont. Preek Ezechiël 11.
[iii] Het is een omissie dat Christopher J.H. Wright in zijn mooie boek The message of Ezekiel (2001) deze hoofdstukken laat liggen [alleen hoofdstuk 12 komt summier, in een appendix, aan de orde en hoofdstuk 14 in het kader van de vraag naar redding]. Wright richt zich op de ‘spektakelhoofdstukken’ 16, 20, 23 e.a. Die hoofdstukken zijn inderdaad onvoorstelbaar qua toon en inhoud. Maar veelzeggend is dat het na hoofdstuk 11 (Gods vertrek) zo uitgebreid over profetie gaat. In het kader van het Oude Testament is dat te begrijpen. Vanaf de grootse profeet Mozes gaat het regelmatig over het belang van echte profetie en over het onderscheid tussen fake en echte profetie. En bij Ezechiël is het helemaal te snappen dat het over profetie gaat. Ezechiël is immers de profeet die het (luister)tekort van Gods volk ten aanzien van de profetieën van Jeremia demonstreert. Zie daarvoor een inleidende preek over Ezechiël. Zo beschouwd zijn de hoofdstukken 12-14 essentieel. In die hoofdstukken gaat het 5 keer over ware en valse profetie (12:21-25, 12:26-28, 13:1-16 en 13:17-23 en 14:1-11). Ik neem uit het geheel van deze hoofdstukken het 13de hoofdstuk.
[iv] Zie noot iii voor het Oude Testament. En zie Alleen Jezus is Christus. De rest is fake. Preek Marcus 13. En zie het vervolg van de preek Ezechiël 13.
[v] ‘Vrede’ zeiden deze nepprofeten. Dat shalom is enerzijds gewoon (groet) als ook veelzeggend. Voor dat laatste is te denken aan de priesterlijke zegen die eindigt met Gods vrede (Numeri 6). Wij zouden vandaag zeggen dat alles in orde is, o.k. is. ‘Alles gaat goed’ vertaalt de Bijbel in Gewone Taal.
[vi] Zie Ezechiël als wachter aangesteld. Preek hoofdstuk 4. Hoofdstuk 4 geeft het contrast aan met hoofdstukken 12-14 waarin profeten en profetessen de mensen in slaap sussen (13:11-16).
[vii] Zie Is Jezus het echt? Jeugddienst over twijfel. En zie Kerk in een post-truth samenleving.
[viii] Horace D. Hummel (Ezekiel in Concordia Commentary) wijst op vers 19 waarin, als enige in het Oude Testament, met deze woorden over het ontheiligen van God wordt gesproken. ‘Jullie hebben mijn volk van mij vervreemd’ (NBV) en ‘jullie beledigen mij’ (BGT, hier beter dan NBV) is tam vertaald. Hummel vertaalt zo: ‘You women profane me amoung my people’.
Ook in Gods oordeel over Jeruzalem blijkt zijn persoonlijke betrokkenheid (13:11). Het oordeel bestaat uit
- water (13:11, cf zondvloed Genesis 6),
- hagel (Gods oordeel over Egypte (Exodus 9) en Kanaän (Jozua 10:11). God trekt blijkens Ezechiël 13 zijn eigen volk niet voor. Zie hierover een preek uit Jozua 7 waarin God zijn volk oordeelt)
- Hierbij is te denken aan Gods majesteitelijke verschijning uit Ezechiël 1. Zie preek daarover.
[ix] In hoofdstuk 13 wordt gesproken over het ‘zenden’ en laten ‘spreken’ en ‘zien’ (visioenen) van profeten. Profeten kun je ook zieners noemen (Jesaja 28:7, 1 Samuël 9:9).
[x] Hummel (zie noot viii) maakt er nogal wat werk van om te zeggen dat vrouwen eigenlijk geen profetessen kunnen zijn. Hij schrijft nogal naar een conclusie toe. Het Bijbelcommentaar (Studiebijbel Oude Testament, 2014) is geloofwaardiger in de constatering dat het (Oudtestamentisch gezien) niet vreemd is dat profetessen bestaan. Het punt is hier niet dat het vrouwen zijn die profeteren maar hoe deze vrouwen, net als hun mannelijke ‘collega’s’, handelen. (Mogen vrouwe dan niet profeteren? Zie een preek over ‘zwijgtekst’ uit 1 Timoteüs 2).
[xi] Dan zullen jullie weten dat Ik de HEER ben is een refrein door heel Ezechiël heen. Zie een inleidende preek.
[xii] Zie Guided tour door het koninkrijk. Preek Psalm 1.
[xiii] Zie Onwetende goeddoeners. Preek over de parabel van de bokken en schapen uit Matteüs 25.
[xiv] Zie Edward Snowden profeteert over Jezus’ komst. Reformatie (2013).
[xv] Zie Het gunstige klimaat voor het afgodenbedrijf. Preek Ezechiël 8.
[xvi] Zie de preek bij noot iv.
[xvii] Zie Dat ene grote mysterie. Inleiding op een serie Marcuspreken. Hoe hierin vandaag gevaar dreigt voor christenen, zie daarvoor God, de enige God, is in Jezus onze naaste geworden (concreet bij punt 3 van die preek). Zie ook mijn reactie op de NashvilleVerklaring (onzuiver bron inzake de Godsleer).
Voorbeeldliturgie
Welkom
Votum
Groet
LB Psalm 68:7 (God zij geprezen met ontzag)
10 woorden
GK 157 Vader, vol van vrees en schaamte (schuldbelijdenis en gebed om vernieuwing)
Kinderen naar voren (Esther 4)
Kinderlied
Kinderen naar kring
Gebed om de opening van Gods woord
Lezen Ezechiël 13
Verkondiging Gods oordeel over fake news
1. Fake of echt?
• Verder met Ezechiël
• Betrouwbaar
2. Gods hart en ons hart
• Waar je hart vol van is
Zingen: Psalm 33: 2 en 3 nieuwe berijming http://www.denieuwepsalmberijming.nl/berijmingen/psalm-33. Lied over Gods scheppend en bevrijdend spreken.
3. Jezus is echt
• Betrouwbaar
• Het grote mysterie (1 Timoteüs 3:16)
• Onze christelijke BV-tjes
LB 723: 1 en 2 (Waar God de Heer zijn schreden zet)
Dankgebed en voorbede
Kinderen komen terug uit kring
Collecte
Opw. 430 Heer ik prijs uw grote naam https://www.songteksten.nl/songteksten/55331/opwekking/heer-ik-prijs-uw-grote-naam.htm
Zegen (Numeri 6:24-26, eindigend met ‘vrede’)
verdere ontmoeting